Bijbelteksten over Lof
Jesaja zegt: Heer, U bent mijn God. Ik zal U eren en prijzen. Want U heeft wonderen gedaan. U doet wat U lang geleden al heeft besloten. | O Here, Gij zijt mijn God, U zal ik verheffen, uw naam loven, want Gij hebt wonderen gedaan, raadsbesluiten uit een ver verleden in waarheid en trouw volvoerd. |
Laat alles wat adem heeft de Heer prijzen! Halleluja! | Alles wat adem heeft, love de Here. Halleluja. |
Uw liefde is mij meer waard dan het leven. Ik zal U prijzen. Mijn leven lang wil ik U prijzen. Ik zal mijn handen naar U opsteken. | Want uw goedertierenheid is beter dan het leven; mijn lippen zullen U roemen. Zo wil ik U prijzen mijn leven lang, in uw naam mijn handen opheffen. |
De Heer geeft mij kracht. Hij beschermt mij als een schild. Ik vertrouwde op Hem en Hij heeft mij geholpen. Daarom juich ik van blijdschap en prijs ik Hem met mijn lied. | De Here is mijn kracht en mijn schild; op Hem vertrouwde mijn hart en ik werd geholpen. Daarom juicht mijn hart en loof ik Hem met mijn lied. |
Ik zeg tegen mezelf: "Kom, prijs de Heer! Prijs de Heer met alles wat je hebt!" | Loof de Here, mijn ziel, en al wat in mij is, zijn heilige naam. |
Maar toen het ongeveer middernacht was, baden Paulus en Silas en zongen ze lofliederen om God te prijzen. De andere gevangenen luisterden naar hen. | Maar omstreeks middernacht baden Paulus en Silas en zongen Gods lof, en de gevangenen luisterden naar hen. |
Heer, ik prijs U met mijn hele hart. Ik zal iedereen over al uw wonderen vertellen. | Ik zal U loven, Here, met mijn ganse hart, ik wil al uw wonderen verhalen. |
U bent geweldig. U verdient het te worden geprezen. U bent zó machtig, het is niet te begrijpen. | De Here is groot en zeer te prijzen, zijn grootheid is ondoorgrondelijk. |
Ik zeg tegen mezelf: "Waarom ben je zo treurig? Waarom ben je zo onrustig? Vertrouw op God! Hem zal ik prijzen. Hij is mijn Redder, Hij is mijn God!" | Wat buigt gij u neder, o mijn ziel, en wat zijt gij onrustig in mij? Hoop op God, want ik zal Hem nog loven, mijn Verlosser en mijn God! |
Ik wil de Heer altijd prijzen. Altijd zal ik Hem loven. | Ik wil de Here te allen tijde prijzen, bestendig zij zijn lof in mijn mond. |
U heeft mij gemaakt, mij in de buik van mijn moeder gevormd. Ik prijs U, want het is een wonder hoe U mij heeft gemaakt. Alles wat U heeft gemaakt, is bijzonder. Ik weet dat heel goed. | Want Gij hebt mijn nieren gevormd, mij in de schoot van mijn moeder geweven. Ik loof U, omdat ik gans wonderbaar ben toebereid, wonderbaar zijn uw werken; mijn ziel weet dat zeer wel. |
En alle levende wezens in de hemel en op de aarde en onder de aarde en op de zee en in de zee hoorde ik zeggen: "Alle dank en eer en macht en majesteit en kracht zijn voor eeuwig voor Hem die op de troon zit en voor het Lam." | En alle schepsel in de hemel en op de aarde en onder de aarde en op de zee en alles wat daarin is, hoorde ik zeggen: Hem, die op de troon gezeten is, en het Lam zij de lof en de eer en de heerlijkheid en de kracht tot in alle eeuwigheden. |
Ik dank U aldoor. Ik prijs U de hele dag. | Mijn mond is vervuld van uw lof, de ganse dag van uw luister. |
Zorg dat jullie vol zijn van het woord van Christus. Dan kunnen jullie elkaar met wijsheid leren en helpen. Dan zullen jullie met je hele hart de Heer danken met psalmen, lofliederen en liederen in talen van de Geest. | Het woord van Christus wone rijkelijk in u, zodat gij in alle wijsheid elkander leert en terechtwijst en met psalmen, lofzangen en geestelijke liederen zingende, Gode dank brengt in uw harten. |
Ik zal U eren, mijn God, mijn Koning! Ik zal U voor altijd en eeuwig prijzen. | Ik zal U verhogen, mijn God, Gij Koning, ik zal uw naam prijzen voor altoos en immer. |
Prijs de Heer, aanbid Hem! Vertel de volken over wat Hij heeft gedaan. | Looft de Here, roept zijn naam aan, maakt onder de volken zijn daden bekend. |
Want er staat in de Boeken: "Ik zweer bij Mijzelf, zegt de Heer: Iedereen zal zich voor Mij buigen en iedereen zal toegeven dat Ik God ben." | Want er staat geschreven: (Zo waarachtig als) Ik leef, spreekt de Here: voor Mij zal alle knie zich buigen, en alle tong zal God loven. |
Dank de Heer! Aanbid Hem! Vertel de volken wat Hij allemaal heeft gedaan. Vertel dat Hij de machtige God is. | En gij zult te dien dage zeggen: Looft de Here, roept zijn naam aan, maakt onder de volken zijn daden bekend, vermeldt, dat zijn naam verheven is. |
Jeremia zegt: "Genees mij, Heer, dan zal ik weer gezond zijn. Help mij, dan zal ik gered zijn. U prijs ik." | Genees mij, Here, dan zal ik genezen zijn; help mij, dan zal ik geholpen zijn, want Gij zijt mijn lof. |
Ik zal U prijzen en voor U zingen. De landen en volken zullen het horen. | Ik zal U loven, o Here, onder de volken, U psalmzingen onder de natiën. |
En, broeders en zusters, richt je gedachten op alles wat waar, eerlijk, heilig, vriendelijk, mooi en goed is. | Voorts, broeders, al wat waar, al wat waardig, al wat rechtvaardig is, al wat rein, al wat beminnelijk, al wat welluidend is, al wat deugd heet en lof verdient, bedenkt dat. |
Ik ben de God en Vader van onze Heer Jezus Christus heel dankbaar. Want Hij heeft ons in Christus alle geweldige geestelijke dingen gegeven die er in de hemelse plaatsen zijn. | Gezegend zij de God en Vader van onze Here Jezus Christus, die ons met allerlei geestelijke zegen in de hemelse gewesten gezegend heeft in Christus. |
Elke dag waren ze eensgezind in de tempel. Ze aten blij en eensgezind bij elkaar hun maaltijden. Ze prezen God en iedereen had respect voor hen. En de Heer maakte de groep van mensen die gered werden elke dag groter. | En voortdurend waren zij elke dag eendrachtig in de tempel, braken het brood aan huis en gebruikten hun maaltijden met blijdschap en eenvoud des harten, en zij loofden God en stonden in de gunst bij het gehele volk. En de Here voegde dagelijks toe aan de kring, die behouden werden. |
Ik had de Heer nog maar nét om hulp geroepen, of ik kon Hem al danken. | Nauwelijks had ik met mijn mond tot Hem geroepen, of er was een lofzang onder mijn tong. |
Ik vertrouw op U, mijn God, en ik prijs uw woord. Omdat ik op U vertrouw, hoef ik voor niemand bang te zijn. Wat zou een mens mij kunnen doen? | Op God, wiens woord ik prijs. Op God vertrouw ik, ik vrees niet; wat zou vlees mij aandoen? |
Gerelateerde onderwerpen
Aanbidding
Jesaja zegt: Heer, U...
Spreken
Je tong heeft de...
Zingen
Maar ik zal zingen...
Ziel
Dan zullen jullie daar...
Bidden
Wees altijd blij. Bid...
Dankbaarheid
Wees altijd blij. Bid...