Bijbelteksten over 'Volk'
- De Heer zal zijn volk sterk maken,
hij zal zijn volk vrede geven. - Een volk dat goed en eerlijk leeft, krijgt respect,
maar een slecht volk wordt niet geëerd. - Gelukkig is het volk dat leeft met de Heer.
De Heer is hun God,
hij heeft hen uitgekozen. - Want de Heer is goed voor zijn volk,
hij laat zijn dienaren overwinnen. - Heer, alleen u bent mijn redder.
U geeft geluk en vrede
aan mensen die u trouw zijn. - Hij gaf zijn leven om ons te redden. Daardoor heeft hij ons bevrijd van alle schuld. Zo maakte hij van ons zijn heilige volk, een volk dat zijn best doet om goed te leven.
- Maria zal een zoon krijgen. Je moet hem Jezus noemen. Hij zal zijn volk redden, hij zorgt ervoor dat al hun zonden vergeven worden.
- Maar de engel zei: ‘Jullie hoeven niet bang te zijn, want ik breng jullie goed nieuws. Het hele volk zal daar blij mee zijn.’
- De Heer zegt: ‘Mijn volk heeft mij niet om raad gevraagd, maar toch ben ik er voor hen. Mijn volk bidt niet tot mij, maar toch zeg ik tegen hen: ‘Hier ben ik, hier!’’
- En de Israëlieten beloofden: ‘Wij zullen de Heer, onze God, dienen. We zullen hem gehoorzamen.’
- Jullie hebben mij heel slecht behandeld, maar God heeft het goedgemaakt. Hij heeft ervoor gezorgd dat een heel volk kon blijven leven.
- Jullie zijn door God uitgekozen, en jullie horen bij hem. Nu zijn jullie een heilig volk, een volk van priesters. God heeft jullie uit de duisternis geroepen om te leven in zijn schitterende licht. Nu kunnen jullie iedereen vertellen over de grote wonderen van God.
- De echte rust moet dus nog komen voor het volk van God. Want als je Gods nieuwe wereld binnengaat, dan mag je uitrusten van al je werk. Net zoals God uitrustte van zijn werk.
- Mijn volk en ik hebben heel veel geschenken gegeven voor de tempel. Maar dat kon alleen door u! Alles wat wij voor uw tempel gegeven hebben, hebben we eerst van u gekregen.
- Toen ik jullie voorouders uit Egypte weghaalde, gaf ik hun deze regel: ‘Luister altijd naar wat ik zeg. Dan zal ik jullie God zijn, en dan zullen jullie mijn volk zijn. Ik zal jullie vertellen hoe je moet leven. Als je doet wat ik wil, zal het goed met jullie gaan.’
- Als de mensen van mijn volk dan laten zien dat ze spijt hebben, dan zal ik vanuit de hemel naar hen luisteren. Ik zal naar hen luisteren als ze tot mij bidden en mij zoeken. Als ze weer gaan leven zoals ik het wil. Dan zal ik hun zonden vergeven en hun land weer vruchtbaar maken.
- Jezus reisde rond in heel Galilea. In de synagogen gaf hij het volk uitleg over God. Hij vertelde het goede nieuws over Gods nieuwe wereld. En hij maakte alle mensen beter die ziek waren of pijn hadden.
- Ga thuis een feestelijke maaltijd klaarmaken met lekker eten en drinken. En deel je feestmaal met mensen die niets hebben. Want dit is een heilige dag, een dag ter ere van de Heer. Droog je tranen, en wees blij met wat de Heer voor jullie doet. Hij geeft jullie steeds nieuwe kracht!
- Toen begon Petrus te spreken. Hij zei: ‘Nu begrijp ik pas goed dat God alle mensen even belangrijk vindt. God houdt van iedereen die eerbied voor hem heeft en leeft volgens zijn wil. Het maakt niet uit bij welk volk je hoort.’
- Jesaja wilde weggaan. Maar al voordat hij het paleis uit was, stuurde de Heer hem terug naar Hizkia, met deze boodschap: ‘Hizkia, jij bent de koning van mijn volk. Ik ben de Heer, de God van je voorvader David. Ik heb je gebed gehoord en ik heb je tranen gezien. Ik zal zorgen dat je beter wordt. Over twee dagen zul je weer naar mijn tempel kunnen gaan.’
- De Heer houdt van zijn volk,
zoals een vader van zijn kinderen houdt. - Er is niemand zoals u, God. U bent een God die schuld vergeeft. U kijkt niet meer naar de fouten van uw volk. U blijft niet altijd boos, maar u wilt ons graag uw liefde laten zien.
- Dit zegt God, de Heer, tegen het volk van Israël: ‘Als jullie mij zoeken, zullen jullie leven.’
- Opnieuw zei de Heer tegen Mozes: ‘Kom naar mij toe op de berg, en blijf daar wachten. Dan zal ik je twee stenen platen geven, waarop ik mijn wetten en regels geschreven heb. Jij moet het volk leren dat ze zich daaraan moeten houden.’
- Volk van Israël! Zoek de Heer, want nu kun je hem nog vinden. Roep de Heer, hij is niet ver weg.
- Het hele volk liet zich dopen. Ook Jezus werd gedoopt. Toen hij na de doop aan het bidden was, ging de hemel open. Uit de hemel kwam de heilige Geest naar Jezus toe, in de vorm van een duif. En Gods stem klonk uit de hemel: ‘Jij alleen bent mijn Zoon. Mijn liefde voor jou is groot.’
- Elke dag kwamen ze naar de tempel om samen te zijn. Bij elkaar thuis deelden ze het brood. Vol vreugde aten ze samen, en iedereen was even belangrijk. Ze eerden God, en het hele volk had veel waardering voor hen.
Elke dag kwamen er meer mensen bij die door God gered waren. - Jullie moeten heilig zijn, omdat ik, de Heer, heilig ben. En ik heb jullie uitgekozen uit alle volken.
- Laten wij dan ons uiterste best doen om dat land van rust binnen te gaan! Laten we vasthouden aan ons geloof. En laten we niet ongehoorzaam zijn, zoals het volk in de woestijn.
- Daarna zei Paulus: ‘Johannes doopte de mensen om te laten zien dat ze een nieuw leven begonnen. Maar Johannes zei ook: ‘Geloof in de man die na mij komt.’ En dat is Jezus.’
- De Heer zegt: ‘Volk van Israël, mijn plannen zijn anders dan jullie plannen. Wat jullie willen doen, is niet hetzelfde als wat ik wil doen.’
- De Heer zegt: ‘Volk van Israël, was het bloed van je handen, stop met al die misdaden. Ik kan er niet meer tegen. Maak een eind aan het kwaad.’
- Toen hoorde ik de stem van de Heer. Hij zei: ‘Wie zal ik naar mijn volk sturen? Wie kan er namens mij spreken?’ En ik zei: ‘Ik! U kunt mij sturen.’
- De Heer is goed voor zijn volk, we leven nog!
Zijn liefde blijft altijd bestaan.
Zijn trouw is groot.
Hij zorgt voor ons, elke dag weer. - Jullie waren vreemdelingen. Maar nu geloven jullie in Jezus Christus. Nu horen jullie bij Gods volk, doordat Christus voor jullie gestorven is.
- Jullie zijn Gods heilige volk. Daarom mag er bij jullie zelfs niet eens gepraat worden over verboden seks, onreine dingen, en slechte verlangens.
- Maar God hielp me, zoals altijd. En dus vertel ik nog steeds aan iedereen over de messias. Mozes en de profeten hebben al gezegd wat er met de messias zou gebeuren. En ik vertel precies hetzelfde: De messias zou lijden en sterven, en als eerste opstaan uit de dood. En hij zou een boodschap van redding brengen aan alle volken.
- Uit de richting van de troon hoorde ik een luide stem, die zei: ‘Nu is God zelf op aarde. Vanaf nu zal hij bij de mensen wonen. De mensen zullen zijn volk zijn, en hij zal hun God zijn. Hij zal al hun tranen drogen. Niemand zal meer sterven, en er zal geen verdriet en geen pijn meer zijn. Want alles van vroeger is verdwenen.’
- Mozes zei verder: ‘Volk van Israël, luister goed. De Heer, onze God, is de enige God! Houd van hem met je hele hart, met je hele ziel, en met al je kracht.’
- Maar nu moet jij namens mij tegen het volk zeggen: ‘Ik ben de machtige Heer. Jullie moeten weer gaan leven zoals ik het wil. Dan zal ik bij jullie terugkomen.’
- De Heer zegt: ‘Volk van Israël, denk eens na over hoe jullie leven. Denk eens aan de wet die ik jullie lang geleden gaf. Ik heb jullie de weg gewezen. Ik beloofde dat jullie in vrede zouden leven als jullie het goede zouden doen. Maar jullie zeiden: ‘Dat doen we niet.’’
- De Heer zegt tegen jullie: ‘Ontrouw volk, kom bij me terug. Dan zal ik niet meer boos op jullie zijn. Ik ben een God van liefde, mijn woede duurt niet voor altijd.’
- Volk van Israël, dit zijn mijn woorden.
Ik wil dat jullie daarnaar verlangen,
zoals gras verlangt naar zachte regen
en een plant naar druppels van de dauw. - Dit zegt de Heer: ‘Ik zal het volk van Juda sterk maken en de Israëlieten redden. Ik zal voor hen zorgen en hen naar hun land terugbrengen. Ik had hen weggejaagd, maar het zal weer worden zoals vroeger. Ik ben de Heer, hun God, en ik zal naar hun gebeden luisteren.’
- Alle mensen die de Heer liefhebben,
moeten het kwaad haten.
De Heer beschermt zijn volk,
hij beschermt de mensen die hem trouw zijn.
Hij redt hen uit de macht van zijn vijanden. - Maar omdat u goed was voor uw volk, hebt u het niet vernietigd. U hebt de Israëlieten niet in de steek gelaten. U bleef voor hen zorgen en u liet zien dat u een goede God bent.
- Laten we daarom vol vertrouwen leven als volk van God. En als het nodig is, helpt Jezus ons. Want hij is onze hogepriester. Hij heeft medelijden met ons, en hij is goed voor ons.
- U bent altijd goed geweest voor uw volk.
Wees dan nu ook goed voor mij.
Toen ik jong was,
heb ik veel verkeerd gedaan.
Heer, vergeet het!
Denk daar niet meer aan.
U bent toch goed en trouw? - De Heer zegt: ‘Volk van Israël, ik ben de Heer, jullie God. Dat ben ik al sinds jullie weggingen uit Egypte. Ik ben de enige God die jullie mogen dienen. Er is geen andere god die jullie kan redden.’
- Over hen zegt de machtige Heer: ‘Zij zullen mijn volk zijn. Zij zullen een kostbaar bezit voor mij zijn op de dag dat ik kom. Ik zal goed voor hen zijn, zoals een vader goed is voor een zoon die hem gehoorzaamt.’
Gerelateerde onderwerpen
Zegen
De Heer zal jullie...
Gehoorzaamheid
Jezus antwoordde: ‘Als je...
Zonde
Jullie weten dat slechte...
Vreugde
En wees altijd blij!...
Zoeken
Jullie zullen mij zoeken...
Evangelisatie
Want in de heilige...