DailyVerses.netThema'sWillekeurige tekstInschrijven

Bijbelteksten over 'Weet'

  • Heer, u weet alles van mij,
    u kent mij.
    U weet waar ik ben,
    en u weet waar ik heen ga.
    U weet wat ik denk,
    ook al bent u ver weg.
  • God weet hoe wij van binnen zijn. Hij weet wat de Geest hem namens ons vraagt. Want het is zijn eigen Geest die voor ons bidt.
  • Je weet niet in welke richting de wind gaat waaien. En je weet niet hoe een kind ontstaat in de buik van zijn moeder. Hoe weet je dan wat God doet, die alles gemaakt heeft?
  • Eén ding weet ik zeker: God zal mij redden.
    Ooit zal hij komen en mij hier op aarde verdedigen.
  • Heer, u weet wat ik nodig heb,
    u kent mijn verdriet.
  • Hoe een mens van binnen is, dat weet alleen de geest van die persoon. En net zo weet alleen de Geest van God wat God denkt.
  • Ik weet hoe het is om arm te zijn, en ik weet hoe het is om rijk te zijn. Ik heb alle situaties meegemaakt: Soms had ik veel te eten, en soms had ik honger. Soms was ik rijk, en soms had ik helemaal niets.
  • Voordat ik mijn mond opendoe,
    weet u al wat ik wil zeggen.
  • Want ik weet zeker dat deze tijd in de gevangenis zal leiden tot mijn redding. Dankzij jullie gebed en de hulp van de Geest van Jezus Christus zal God mij redden.
  • Stop met de strijd,
    en weet dat de Heer God is.
    Hij heerst over alle volken,
    hij heerst overal op aarde.
  • De Heer is goed voor mij,
    zolang ik leef.
    Dat weet ik zeker.
  • God, ik wil dat u alles van mij weet,
    ik wil dat u weet wie ik ben.
    Kijk in mijn hart,
    onderzoek al mijn gedachten.
    Kijk of ik leef zoals u dat wilt,
    en leid me op de weg die u wijst.
  • Je moet niet alleen weten wat God van je vraagt, maar je moet het ook doen. Anders leef je helemaal verkeerd.
  • Jeremia, vraag me wat er gaat gebeuren, dan zal ik je antwoord geven. Ik ga je belangrijke dingen vertellen. Dingen die voor mensen verborgen zijn, en die ook jij niet weet.
  • Dit weet ik zeker: hoe zwaar ons lijden ook wordt, het brengt ons eeuwige leven niet in gevaar.
  • Want door die moeilijkheden wordt jullie geloof getest, en leren jullie om vol te houden. Dat weten jullie toch?
  • U maakte mij in de buik van mijn moeder.
    Elk deel van mijn lichaam hebt u gevormd.
    Ik dank u daarvoor.
    Want het is een wonder,
    zoals ik gemaakt ben.
    Alles wat u maakt, is een wonder.
    Dat weet ik heel goed.
  • Je weet toch dat ik mijn Vader om hulp kan vragen? Dan zou hij mij meteen een enorm leger van engelen sturen.
  • Voor u is niets verborgen. Bij u is alles licht. U kent alles wat in het donker is.
  • Jullie weten dat jullie samen de kerk van God vormen, en dat de Geest van God bij jullie is.
  • Beste vriend, ik hoop dat alles goed met je gaat, en dat je gezond bent. Ik weet dat het in ieder geval goed gaat met je geloof.
  • Jullie weten wat de doop betekent. De doop laat zien dat we bij Jezus Christus horen. Door onze doop zijn we eigenlijk samen met hem gestorven en begraven. En door onze doop leven wij nu als nieuwe mensen. Want Christus leeft! Onze machtige Vader heeft hem laten opstaan uit de dood.
  • God heeft zijn plan bekendgemaakt aan mij, en aan anderen die het goede nieuws vertellen. Hij deed dat door ons zijn heilige Geest te geven. Gods Geest weet alles, zelfs wat God denkt.
  • De engel zei tegen de vrouwen: ‘Jullie hoeven niet bang te zijn. Ik weet dat jullie op zoek zijn naar Jezus, die aan het kruis gestorven is. Maar hij is hier niet. Want hij is opgestaan uit de dood, zoals hij gezegd heeft. Kom maar kijken, hier heeft hij gelegen.’
  • Weet dat de Heer de enige God is. Vergeet dat nooit! Hij alleen is God, boven in de hemel en hier beneden op de aarde. Hij, en niemand anders!
  • Niemand ziet hoe mensen van binnen zijn. Maar ik, de Heer, ken de mensen. Ik weet wat ze denken. Ik weet hoe slecht ze van binnen zijn, ik zie dat ze altijd het verkeerde willen. Ik beloon het goede en ik straf het kwade. Zo krijgt ieder mens wat hij verdient.
  • Maar God kent mij, hij weet hoe ik leef.
    Als hij in mijn hart naar kwaad zou zoeken,
    dan zou hij alleen goede dingen vinden.
    Ik heb altijd naar hem geluisterd,
    ik heb altijd geleefd zoals hij het wil.
  • Blijf opletten! Want jullie weten niet wanneer jullie Heer zal komen.
  • Als iemand weet dat hij iets verkeerds gedaan heeft, moet hij dat in het openbaar zeggen. Hij moet zijn fout toegeven.
  • De mensen zullen jullie haten. Maar bedenk dat ze eerst mij gehaat hebben.
  • Eén ding weet ik heel zeker: God maakt nieuwe mensen van jullie. Hij is daar al mee begonnen, en op de dag dat Jezus Christus terugkomt, zullen jullie volmaakt zijn.
  • Ook dat weet de boer omdat de machtige Heer het hem geleerd heeft.
    Niemand is zo wijs als de Heer. Hij heeft voor alles een plan.
  • Misschien denken jullie: Hoe weten we of een profeet namens de Heer spreekt? Dat weet je als de woorden van een profeet ook echt uitkomen. Als dat niet gebeurt, dan weet je dat de profeet niet namens de Heer gesproken heeft. Voor de boodschap van zo’n profeet hoef je niet bang te zijn.
  • Dit weet ik zeker: als mijn aardse lichaam sterft, zal God mij een nieuw lichaam geven. Dat is een hemels lichaam, dat eeuwig en onsterfelijk is.
  • Wees blij op de dagen dat het goed met je gaat. Maar bedenk dat God ook de slechte dagen gemaakt heeft. En niemand weet wat er in de toekomst zal gebeuren.
  • Jezus zei tegen hen: ‘Wat ik aan de mensen leer, heb ik niet van mijzelf. Het is de boodschap van God, hij heeft mij gestuurd.’
  • Mussen kosten bijna niets. Je hebt er al vijf voor een paar cent. En toch vergeet God geen enkele mus. Jullie zijn voor God veel belangrijker dan mussen. God weet zelfs hoeveel haren jullie op je hoofd hebben. Je hoeft dus niet bang te zijn.
  • Jullie weten dat je lichaam heilig is. Want de heilige Geest is in jullie lichaam gekomen, toen God jullie die Geest gaf. Jullie zijn niet meer van jezelf. Jullie zijn nu van Christus. Want hij heeft jullie gekocht door voor jullie te sterven. Eer God dus ook met je lichaam!
  • Jezus, onze hogepriester in de hemel, heeft veel moeten lijden, net als wij. Zelf heeft hij nooit iets verkeerds gedaan. Maar hij weet wel hoe moeilijk het is om geen verkeerde keuzes te maken.
  • Maar stel dat een dienaar niet weet wat zijn heer wil, en dan iets verkeerds doet. Dan zal hij minder zwaar gestraft worden.
    Want als God je veel geeft, dan vraagt hij er ook veel voor terug. En als je veel voor God mag doen, dan zal hij ook veel van je verwachten.
  • Jullie weten toch dat de Heer voor altijd regeert?
    Hij heeft de hele aarde gemaakt. Hij wordt nooit moe, hij blijft altijd sterk. Niemand is zo wijs als hij.
  • De woorden van de levende God zijn krachtig. Ze dringen diep door in ons hart, nog dieper dan een scherp zwaard. Want God weet wat ons van binnen bezighoudt. En hij beoordeelt onze gedachten en verlangens.
  • Heer, alleen u bent mijn redder.
    U geeft geluk en vrede
    aan mensen die u trouw zijn.
  • Mussen kosten bijna niets, je hebt er al twee voor een paar cent. Toch valt er dankzij de macht van God, jullie Vader, geen mus zomaar dood op de grond. God weet zelfs hoeveel haren je op je hoofd hebt. Je hoeft dus niet bang te zijn. Jullie zijn voor God veel belangrijker dan mussen.
  • Maar de jonge man zei: ‘Jullie hoeven niet bang te zijn. Ik weet dat jullie op zoek zijn naar Jezus uit Nazaret. Hij is gestorven aan het kruis. Maar hij is opgestaan uit de dood. Hij is niet hier. Kijk, hier heeft hij gelegen.’
  • Er is er maar één op wie we trots moeten zijn: de Heer. Iemand kan wel over zichzelf zeggen: ‘Ik werk voor de Heer.’ Maar dat zegt nog niets. Dat weet je pas zeker, als de Heer zelf laat zien dat iemand voor hem werkt.
  • Misschien zijn er straks geen vijgen meer,
    misschien geen olijven of druiven.
    Misschien mislukt de graanoogst,
    of gaan de schapen dood, of de koeien.
    Toch zal ik dan juichen van blijdschap.
    Want ik weet dat de Heer mij redt!
  • Denk ook goed na voordat je iets doet.
  • Deze brief heb ik geschreven om jullie te laten weten dat jullie het eeuwige leven hebben. Want jullie geloven in de Zoon van God.
  • Stel dat je van tevoren weet wanneer er een dief komt. Dan blijf je wakker en zorg je ervoor dat die dief niet bij je kan inbreken. Maar jullie weten niet wanneer de Mensenzoon komt. Dus moeten jullie altijd klaarstaan. Onthoud dat goed!