Er is niemand zo heilig als de HEERE, want er is niemand buiten U, en er is geen rotssteen als onze God. | Er is niemand heilig gelijk de Here, want niemand is er buiten U, en er is geen rots gelijk onze God. |
Maar de HEERE zei tegen Samuel: Kijk niet naar zijn uiterlijk en ook niet naar de hoogte van zijn gestalte, want Ik heb hem verworpen. Het is namelijk niet wat de mens ziet, want de mens ziet aan wat voor ogen is, maar de HEERE ziet het hart aan. | Doch de Here zeide tot Samuël: Let niet op zijn voorkomen noch op zijn rijzige gestalte, want Ik heb hem verworpen. Het komt immers niet aan op wat de mens ziet; de mens toch ziet aan wat voor ogen is, maar de Here ziet het hart aan. |
De HEERE maakt arm en maakt rijk, Hij vernedert, ook verhoogt Hij. | De Here maakt arm en maakt rijk; Hij vernedert, ook verhoogt Hij. |
Vrees alleen de HEERE, en dien Hem trouw met uw hele hart, want zie welke grote dingen Hij bij u gedaan heeft. | Vreest slechts de Here en dient Hem trouw met uw ganse hart, want ziet, welke grote dingen Hij onder u gedaan heeft. |