- Mijn sabbatten moet u in acht nemen, en voor Mijn heiligdom moet u eerbied hebben. Ik ben de HEERE.
- Geef dus aan allen wat u verschuldigd bent: belasting aan wie belasting, tol aan wie tol, ontzag aan wie ontzag, eer aan wie eer toekomt.
- En als u de Zoon des mensen nu eens zou zien opvaren naar de plaats waar Hij eerder was?
- U echter, HEERE, bent een schild voor mij,
mijn eer; U heft mijn hoofd omhoog. - In God is mijn heil en mijn eer;
mijn sterke rots, mijn toevlucht is in God. - En het geschiedde, toen zij daar waren, dat de dagen vervuld werden dat zij baren zou,
en zij baarde haar eerstgeboren Zoon, wikkelde Hem in doeken en legde Hem in de kribbe, omdat er voor hen geen plaats was in de herberg. - Het loon van nederigheid – de vreze des HEEREN –
is rijkdom, eer en leven. - Of u dus eet of drinkt of iets anders doet, doe alles tot eer van God.
- Eer zij aan God in de hoogste hemelen, en vrede op aarde, in mensen een welbehagen.
- Niet ons, HEERE, niet ons,
maar geef Uw Naam eer,
om Uw goedertierenheid, om Uw trouw. - Vóór de ondergang verheft zich het mensenhart,
maar nederigheid gaat vóór de eer. - De vreze des HEEREN is vermaning tot wijsheid,
en nederigheid gaat vooraf aan eer. - Want dit is de wil van God: uw heiliging, dat u uzelf onthoudt van de ontucht,
en dat ieder van u zijn lichaam weet te bezitten in heiliging en eerbaarheid,
en niet in hartstochtelijke begeerte, zoals de heidenen, die God niet kennen. - De hoogmoed van een mens zal hem vernederen,
maar de nederige van geest zal de eer vasthouden. - Maar zoek eerst het Koninkrijk van God en Zijn gerechtigheid, en al deze dingen zullen u erbij gegeven worden.
- Eer uw vader en uw moeder, opdat uw dagen verlengd worden in het land dat de HEERE, uw God, u geeft.
- Wie heeft dit bewerkt en gedaan?
Hij Die de generaties riep vanaf het begin!
Ik, de HEERE, Die de Eerste ben,
en bij de laatsten ben Ik Dezelfde. - En Hij ging zitten, riep de twaalf en zei tegen hen: Als iemand de eerste wil zijn, moet hij de laatste van allen zijn en een dienaar van allen.
- En u zult de Heere, uw God, liefhebben met heel uw hart en met heel uw ziel en met heel uw verstand en met heel uw kracht. Dit is het eerste gebod.
- Het strekt een man tot eer zich buiten onenigheid te houden,
maar iedere dwaas zal zich er juist in mengen. - Namelijk hun die met volharding het goede doen en heerlijkheid, eer en onvergankelijkheid zoeken: het eeuwige leven.
- Maar zo zal het onder u niet zijn; maar wie onder u groot wil worden, die moet uw dienaar zijn; en wie onder u de eerste wil zijn, die moet uw dienaar zijn.
- Help ons, o God van ons heil,
omwille van de eer van Uw Naam;
red ons en doe verzoening over onze zonden,
omwille van Uw Naam. - Want wie van u die een toren wil bouwen, gaat niet eerst zitten om de kosten te berekenen, of hij de middelen wel heeft om het werk te voltooien?
- De Koning nu der eeuwen, de onvergankelijke, de onzichtbare, de alleen wijze God, zij eer en heerlijkheid in alle eeuwigheid. Amen.
Gerelateerde onderwerpen
Nederigheid
In alle nederigheid en...
God
De HEERE, uw God...
Aanbidding
HEERE, U bent mijn...
Ontzag
De vreze des HEEREN...
Geld
Laat uw handelwijze zonder...
Schulden
De goddeloze leent en...