- Hij zei: ‘Hebt u niet gelezen dat de schepper de mens bij het begin mannelijk en vrouwelijk heeft gemaakt? En dat Hij gezegd heeft: “Daarom zal een man zich losmaken van zijn vader en moeder en zich hechten aan zijn vrouw, en die twee zullen één lichaam zijn”? Ze zijn dus niet langer twee, maar één. Wat God heeft verbonden, mag een mens niet scheiden.’
- De praktijken waartoe de aardse begeerte aanzet zijn bekend: ontucht, zedeloosheid en losbandigheid, afgoderij en toverij, vijandschap, tweespalt, jaloezie en woede, gekonkel, geruzie en rivaliteit, afgunst, bras- en slemppartijen, en nog meer van dat soort dingen. Ik herhaal de waarschuwing die ik u al eerder gaf: wie zich aan deze dingen overgeven, zullen geen deel hebben aan het koninkrijk van God.
- Daar zal een gebaande weg lopen,
die Heilige weg wordt genoemd,
geen onreine zal die betreden.
Hij is alleen voor het volk
dat over de weg gaat.
Dwazen dwalen er niet rond. - Uit de rib die Hij bij de mens had weggenomen, bouwde de HEER God een vrouw en Hij bracht haar bij de mens. Toen riep de mens uit: ‘Dit is ze! Mijn eigen gebeente, mijn eigen vlees en bloed. Vrouw wordt zij genoemd, genomen uit een man.’ Daarom maakt een man zich los van zijn vader en moeder en hecht hij zich aan zijn vrouw, en zij zullen één lichaam zijn.
- Geluk en genade volgen mij
alle dagen van mijn leven,
ik verblijf in het huis van de HEER
tot in lengte van dagen. - Uw liefde is meer dan het leven,
mijn lippen zingen uw lof.
U wil ik prijzen, mijn leven lang,
roepend uw naam, de handen geheven. - Mijn zoon, vergeet mijn lessen niet,
houd in je hart mijn richtlijnen vast.
Ze vermeerderen de dagen van je leven,
geven je vele jaren van geluk. - Ik zal jullie mijn geest geven en ervoor zorgen dat jullie je aan mijn bepalingen houden en mijn regels naleven.
- Dit zegt de HEER tegen Israël: Zoek Mij en leef!
- En bovendien komt de Geest onze zwakheid te hulp; wij weten immers niet wat we in ons gebed tegen God moeten zeggen, maar de Geest zelf pleit voor ons met woordloze zuchten.
- U bent in ieder opzicht rijk geworden om in alles vrijgevig te kunnen zijn, en uw vrijgevigheid leidt door onze bemiddeling tot dankzegging aan God.
- Kom met woorden van berouw en keer terug naar de HEER. Zeg tegen Hem: ‘Vergeef ons al onze misdaden. Neem wat goed is van ons aan. Als offer brengen wij U oprechte woorden.’
- Mag ik niet verwachten
de goedheid van de HEER te zien
in het land van de levenden? - Wie uw naam kent, kan op U vertrouwen,
U verlaat niet wie U zoeken, HEER. - Stel Mij maar eens op de proef – zegt de HEER van de hemelse machten. Breng alle tienden naar mijn voorraadkamer, zodat er voedsel in mijn tempel is, en zie dan of Ik niet de sluizen van de hemel voor jullie open en zegen in overvloed op je land laat neerdalen.
- Mijn zoon, luister, neem mijn woorden aan,
ze vermeerderen de jaren van je leven. - Wanneer de wereld je haat, bedenk dan dat ze Mij eerder haatte dan jullie.
- Maar ten slotte zult u de HEER, uw God, weer zoeken, en Hem ook vinden, als u Hem met hart en ziel zoekt.
- Wie inzicht heeft doorgrondt deze woorden, wie wijs is neemt ze ter harte. Want de wegen van de HEER zijn recht: wie rechtvaardig is verlaat ze niet, maar wie zich verzet komt ten val.
- Blijf juist volharden, want als u de wil van God doet, zult u ontvangen wat u beloofd is.
- Wanneer jullie weggevoerd worden om te worden uitgeleverd, maak je dan vooraf geen zorgen over wat je zult gaan zeggen; zeg wat jullie op dat moment wordt ingegeven, want jullie zijn het niet die dan spreken, maar het is de heilige Geest.
- HEER, God van de hemelse machten, keer ons lot ten goede,
toon uw lichtend gelaat en wij zijn gered. - Moge uw hart verlicht worden, zodat u zult zien waarop u hopen mag nu Hij u geroepen heeft, hoe rijk de luister is van de erfenis die de heiligen van Hem ontvangen.
- De hoogmoed van een mens brengt hem ten val,
eer is weggelegd voor wie bescheiden is. - Wie verstandig is, ziet het gevaar en hoedt zich ervoor,
wie onnozel is, gaat het tegemoet en zal daarvoor boeten.