DailyVerses.netThema'sWillekeurige tekstInschrijven

Bijbelteksten over 'Angst'

  • Er is in de liefde geen vrees, maar de volmaakte liefde drijft de vrees uit. De vrees houdt immers straf in, en wie vreest, is niet volmaakt in de liefde.
  • De HEERE is mijn licht en mijn heil,
    voor wie zou ik vrezen?
    De HEERE is mijn levenskracht,
    voor wie zou ik angst hebben?
  • Wees niet bevreesd, want Ik ben met u,
    wees niet verschrikt, want Ik ben uw God.
    Ik sterk u, ook help Ik u,
    ook ondersteun Ik u met Mijn rechterhand, die gerechtigheid werkt.
  • Want u hebt niet de Geest van slavernij ontvangen, die opnieuw tot angst leidt, maar u hebt de Geest van aanneming tot kinderen ontvangen, door Wie wij roepen: Abba, Vader!
  • Op de dag dat ik vrees,
    vertrouw ík op U.
  • Want God heeft ons niet gegeven een geest van vreesachtigheid, maar van kracht en liefde en bezonnenheid.
  • Heb Ik het u niet geboden? Wees sterk en moedig, schrik niet en wees niet ontsteld, want de HEERE, uw God, is met u, overal waar u heen gaat.
  • Mensenvrees legt iemand een valstrik,
    maar wie op de HEERE vertrouwt, wordt in een veilige vesting gezet.
  • Wees in geen ding bezorgd, maar laat uw verlangens in alles, door bidden en smeken, met dankzegging bekend worden bij God; en de vrede van God, die alle begrip te boven gaat, zal uw harten en uw gedachten bewaken in Christus Jezus.
  • Ik heb de HEERE gezocht en Hij heeft mij geantwoord,
    en mij gered uit al wat ik vrees.
  • Want Ik ben de HEERE, uw God,
    Die uw rechterhand vastgrijpt
    en tegen u zegt: Wees niet bevreesd,
    Ik help u.
  • De HEERE is bij mij, ik ben niet bevreesd.
    Wat kan een mens mij doen?
  • Werp al uw zorgen op Hem, want Hij zorgt voor u.
  • Al ging ik ook door een dal vol schaduw van de dood,
    ik zou geen kwaad vrezen, want U bent met mij;
    Uw stok en Uw staf,
    die vertroosten mij.
  • Wees sterk en moedig, wees niet bevreesd en schrik niet voor hen terug, want het is de HEERE, uw God, Die met u meegaat. Hij zal u niet loslaten en u niet verlaten.
  • De HEERE nu is het Die voor u uit gaat. Hij zal met u zijn. Hij zal u niet loslaten en u niet verlaten. Wees niet bevreesd en wees niet ontsteld.
  • Laat uw hart niet in beroering raken; u gelooft in God, geloof ook in Mij.
  • En toen zij Hem zagen lopen op de zee, dachten zij dat het een spook was en schreeuwden luid, want allen zagen Hem en raakten in verwarring; en meteen sprak Hij met hen en zei tegen hen: Heb goede moed, Ik ben het; wees niet bevreesd.
  • In God prijs ik Zijn woord,
    op God vertrouw ik, ik vrees niet;
    wat zou een schepsel mij kunnen doen?
  • Worden niet twee musjes voor een penninkje verkocht? En niet een van die zal op de aarde vallen buiten uw Vader om. En ook de haren van uw hoofd zijn alle geteld. Wees dus niet bevreesd, u gaat veel musjes te boven.
  • Daarom zeggen wij met goede moed: De Heere is voor mij een Helper en ik zal niet vrezen. Wat zal een mens mij doen?
  • Wees niet bevreesd, kleine kudde, want het heeft uw Vader behaagd u het Koninkrijk te geven.
  • Ik echter zal van Uw macht zingen
    en 's morgens vrolijk zingen van Uw goedertierenheid.
    Want U bent voor mij een veilige vesting geweest,
    een toevlucht in de dagen dat angst mij benauwde.
  • Maar als u ook zou moeten lijden vanwege de gerechtigheid, dan bent u zalig. En wees niet bevreesd zoals zij bevreesd zijn, laat u niet in verwarring brengen.
  • Maar toen Jezus dat hoorde, antwoordde Hij hem: Wees niet bevreesd, geloof alleen, en zij zal behouden worden.
  • Zoals een vader zich ontfermt over zijn kinderen,
    zo ontfermt de HEERE Zich over wie Hem vrezen.
  • En de engel zei tegen haar: Wees niet bevreesd, Maria, want u hebt genade gevonden bij God. En zie, u zult zwanger worden en een Zoon baren en u zult Hem de Naam Jezus geven.
  • Het losgeld voor iemands leven is zijn rijkdom,
    maar een arme krijgt zelfs geen bedreiging te horen.
  • Beter is weinig met de vreze des HEEREN,
    dan een grote schat met verwarring erbij.
  • Ik, Ik ben het Die u troost.
    Wie bent u dat u bevreesd bent voor een sterveling, die sterven moet,
    voor een mensenkind, gras, dat vergaat.
  • Al belegerde mij een leger,
    mijn hart zou niet vrezen;
    al brak er een oorlog tegen mij uit,
    toch vertrouw ik hierop.
  • U gelooft dat God één is; daar doet u goed aan. Maar ook de demonen geloven dit, en zij sidderen.
  • Hoe groot is Uw goed,
    dat U weggelegd hebt voor wie U vrezen,
    dat U bereid hebt voor wie tot U de toevlucht nemen
    ten aanschouwen van de mensenkinderen.
  • In mijn nood riep ik de HEERE aan,
    ik riep tot mijn God;
    Hij hoorde mijn stem vanuit Zijn paleis,
    mijn hulpgeroep voor Zijn aangezicht kwam in Zijn oren.
  • En wees niet bevreesd voor hen die het lichaam doden en de ziel niet kunnen doden, maar wees veeleer bevreesd voor Hem Die zowel ziel als lichaam te gronde kan richten in de hel.
  • Worden niet vijf musjes voor twee penninkjes verkocht? En niet een van die is bij God vergeten. Ja, ook de haren van uw hoofd zijn alle geteld. Wees dan niet bevreesd: u gaat veel musjes te boven.
  • En toen zij gebeden hadden, werd de plaats waar zij bijeenwaren, bewogen. En zij werden allen vervuld met de Heilige Geest en spraken het Woord van God met vrijmoedigheid.
  • En de engel zei tegen hen: Wees niet bevreesd, want zie, ik verkondig u grote blijdschap, die voor heel het volk wezen zal.
  • Want de gebruiken van die volken zijn onzinnig:
    het is immers een stuk hout, iemand heeft het uit het bos gekapt,
    vakwerk met de bijl.
    Met zilver en met goud maken ze het mooi,
    met spijkers en met hamers zetten ze het vast,
    zodat het niet kan wiebelen.
    Ze zijn als een vogelverschrikker op een komkommerveld, want spreken kunnen ze niet.
    Ze moeten helemaal gedragen worden, want ze kunnen geen stap verzetten.
    Wees niet bevreesd voor hen, want kwaad kunnen ze niet doen,
    maar ook goeddoen is er bij hen niet bij.