- Leven naar uw richtlijnen geeft mij vreugde,
meer vreugde dan rijkdom en overvloed. - Ik zal U loven met een oprecht hart
als ik uw rechtvaardige voorschriften leer. - Laat mij in de morgen uw liefde horen,
in U stel ik mijn vertrouwen,
wijs mij de weg die ik gaan moet,
mijn ziel verlangt naar U. - Neem de sabbat in acht, zoals de HEER, uw God, u heeft geboden; het is een heilige dag. Zes dagen lang kunt u werken en al uw arbeid verrichten, maar de zevende dag is de sabbat, die gewijd is aan de HEER, uw God; dan mag u niet werken. Dat geldt voor u, voor uw zonen en dochters, voor uw slaven en slavinnen, voor uw runderen, uw ezels en al uw andere dieren, en ook voor vreemdelingen die bij u in de stad wonen; want uw slaaf en slavin moeten evengoed rusten als u.
- Geluk en genade volgen mij
alle dagen van mijn leven,
ik verblijf in het huis van de HEER
tot in lengte van dagen. - Hoe zou ik aan uw aandacht ontsnappen,
hoe aan uw blikken ontkomen?
Klom ik op naar de hemel – U tref ik daar aan,
lag ik neer in het dodenrijk – U bent daar. - En Jezus riep met luide stem: ‘Vader, in uw handen leg Ik mijn geest.’ Toen Hij dat gezegd had, blies Hij de laatste adem uit.
- Kom nader tot God, dan komt Hij nader tot u. Reinig uw handen, zondaars; zuiver uw hart, weifelaars.
- Sta op, HEER, hef uw hand, God,
vergeet de armen niet. - HEER, U bent mijn God.
Hoog zal ik U prijzen, uw naam loven.
Want wonderbaarlijk zijn uw daden,
sinds mensenheugenis hebt U uw plannen uitgevoerd,
trouw en betrouwbaar. - U wijst mij de weg van het leven:
overvloedige vreugde in uw nabijheid,
voor altijd een lieflijke plek aan uw zijde. - Kinderen, wees op uw hoede voor de afgoden.
- Wijs mij de weg van uw waarheid en onderricht mij,
want U bent de God die mij redt,
op U blijf ik hopen, elke dag weer. - Ga weer naar binnen en zeg tegen Hizkia, de vorst van mijn volk: “Dit zegt de HEER, de God van je voorvader David: Ik heb je gebed gehoord en je tranen gezien. Welnu, Ik zal je genezen. Over drie dagen zul je in staat zijn naar mijn tempel te gaan.”
- Als uw mond belijdt dat Jezus de Heer is en uw hart gelooft dat God Hem uit de dood heeft opgewekt, zult u worden gered.
- Wees mij genadig, God, in uw trouw,
U bent vol erbarmen, wis mijn wandaden uit,
was mij schoon van alle schuld,
reinig mij van mijn zonden. - Als uw hart gelooft, zult u rechtvaardig worden verklaard; als uw mond belijdt, zult u worden gered.
- Wees waakzaam, wees op uw hoede, want uw vijand, de duivel, zwerft rond als een brullende leeuw, op zoek naar een prooi.
- Leg de last van uw zorgen op Hem, want u ligt Hem na aan het hart.
- Het tweede is daaraan gelijk: heb uw naaste lief als uzelf.
- Vrouwen, erken het gezag van uw man, zoals het volgelingen van de Heer past. Mannen, heb uw vrouw lief en wees niet bitter tegen haar.
- Ik heb hun uw naam bekendgemaakt en dat zal Ik blijven doen, zodat de liefde waarmee U Mij liefhad in hen zal zijn en Ik in hen.
- U die uw hoop vestigt op de HEER:
wees allen sterk en houd moed. - Ik wil vrolijk zijn, voor U juichen,
uw naam bezingen, Allerhoogste. - Verhef u boven de hemelen, God,
laat uw glorie heel de aarde vervullen.