Bijbelteksten over 'Verdriet'
- Want in veel wijsheid ligt veel verdriet, en als iemand kennis vermeerdert, vermeerdert hij smart.
- Weer dus het verdriet uit uw hart en houd de kwalen weg van uw lichaam, want jeugd en jonkheid zijn ijdelheid.
- Weest blijde met de blijden, weent met de wenenden.
- Een wijs zoon verheugt zijn vader,
maar een dwaas zoon is een bekommering voor zijn moeder. - Want de droefheid naar Gods wil brengt onberouwelijke inkeer tot heil, maar de droefheid der wereld brengt de dood.
- Als bedroefd, maar altijd blijde; als arm, maar velen rijk makend; als niets hebbend en toch alles bezittend.
- Here, al mijn verlangen ligt voor U open,
mijn zuchten is voor U niet verborgen. - Zalig die treuren,
want zij zullen vertroost worden. - De offeranden Gods zijn een verbroken geest;
een verbroken en verbrijzeld hart
veracht Gij niet, o God. - De zegen des Heren, die maakt rijk,
zwoegen voegt er niets aan toe. - Want alle tucht schijnt op het ogenblik zelf geen vreugde, maar smart te brengen, doch later brengt zij hun, die erdoor geoefend zijn, een vreedzame vrucht, die bestaat in gerechtigheid.
- Maar ook nu nog luidt het woord des Heren: Bekeert u tot Mij met uw ganse hart, en met vasten en met geween en met rouwklacht.
- En bedroeft de heilige Geest Gods niet, door wie gij verzegeld zijt tegen de dag der verlossing.
- Toen stond Job op, scheurde zijn mantel en schoor zijn hoofd; daarop wierp hij zich ter aarde, boog zich neer en zeide: Naakt ben ik uit de schoot mijner moeder gekomen, naakt zal ik daarheen wederkeren. De Here heeft gegeven, de Here heeft genomen, de naam des Heren zij geloofd.
- Hoor mijn gebed, Here, en neem mijn hulpgeroep ter ore,
zwijg niet bij mijn geween,
want ik ben een vreemdeling bij U,
een bijwoner gelijk al mijn vaderen. - Hij was veracht en van mensen verlaten, een man van smarten en vertrouwd met ziekte, ja, als iemand, voor wie men het gelaat verbergt; hij was veracht en wij hebben hem niet geacht.
- En ik hoorde een luide stem van de troon zeggen: Zie, de tent van God is bij de mensen en Hij zal bij hen wonen, en zij zullen zijn volken zijn en God zelf zal bij hen zijn, en Hij zal alle tranen van hun ogen afwissen, en de dood zal niet meer zijn, noch rouw, noch geklaag, noch moeite zal er meer zijn, want de eerste dingen zijn voorbijgegaan.
- Uw hart worde niet ontroerd; gij gelooft in God, gelooft ook in Mij.
- Kommer in het hart van de mens buigt het neder,
maar een goed woord verblijdt het. - Scheurt uw hart en niet uw klederen en bekeert u tot de Here, uw God. Want genadig en barmhartig is Hij, lankmoedig en groot van goedertierenheid, berouw hebbende over het onheil.
- Vrede laat Ik u, mijn vrede geef Ik u; niet gelijk de wereld die geeft, geef Ik hem u. Uw hart worde niet ontroerd of versaagd.
- Want indien wij geloven, dat Jezus gestorven en opgestaan is, zal God ook zó hen, die ontslapen zijn, door Jezus wederbrengen met Hem.
Gerelateerde onderwerpen
Verdriet
Roepen zij, dan hoort...
Piekeren
Weest in geen ding...
Hart
Behoed uw hart boven...
Vreugde
Verblijdt u te allen...
Berouw
En mijn volk waarover...
Bekering
En mijn volk waarover...
Bijbeltekst van de dag
Wat is de mens, dat Gij zijner gedenkt,en het mensenkind, dat Gij naar hem omziet?