- Richt de geringe en de wees,
doet recht de ellendige en de behoeftige. - Hij bewaart hulp voor de oprechten,
Hij is een schild voor wie onberispelijk wandelen. - Bij U, Here, schuil ik,
laat mij nimmer beschaamd worden.
Doe mij ontkomen door uw gerechtigheid. - Ook gaaft Gij mij het schild uws heils,
en uw rechterhand ondersteunde mij,
uw nederbuigende goedheid maakte mij groot.
Gij hebt mij ruimte gegeven voor mijn schreden,
en mijn enkels wankelden niet. - Smaakt en ziet, dat de Here goed is;
welzalig de man die bij Hem schuilt. - Gij, die de Here liefhebt, haat het kwade;
Hij, die de zielen van zijn gunstgenoten bewaart,
redt hen uit der goddelozen hand. - Gods weg is volmaakt;
des Heren woord is zuiver.
Hij is een schild voor allen
die bij Hem schuilen. - De Here zal mij beveiligen tegen alle boos opzet en behouden in zijn hemels Koninkrijk brengen. Hem zij de heerlijkheid in alle eeuwigheid! Amen.
- Wie verstand verwerft, heeft zijn leven lief;
wie inzicht bewaart, vindt geluk. - Gods weg is volmaakt;
des Heren woord is zuiver.
Hij is een schild voor allen
die bij Hem schuilen. - En wie zal u kwaad doen, als gij u beijvert voor het goede?
- Op God rust mijn heil en mijn eer,
mijn sterke rots, mijn schuilplaats is in God. - De Here is goed, een sterkte ten dage der benauwdheid; Hij kent hen die bij Hem schuilen.
- Hoe groot is het goed
dat Gij hebt weggelegd voor wie U vrezen,
dat Gij bereid hebt voor wie bij U schuilen
ten aanschouwen van de mensenkinderen. - De Here is mijn kracht en mijn schild;
op Hem vertrouwde mijn hart en ik werd geholpen.
Daarom juicht mijn hart
en loof ik Hem met mijn lied. - De schrandere ziet het onheil en bergt zich;
de onverstandigen gaan hun gang en moeten boeten. - Met de mond stort de godvergetene zijn naaste in het verderf,
maar door kennis worden de rechtvaardigen gered. - Wie in de schuilplaats des Allerhoogsten is gezeten,
vernacht in de schaduw des Almachtigen.
Ik zeg tot de Here: Mijn toevlucht en mijn vesting,
mijn God, op wie ik vertrouw. - Zelfs al ga ik door een dal van diepe duisternis,
ik vrees geen kwaad,
want Gij zijt bij mij;
uw stok en uw staf, die vertroosten mij. - Weest in geen ding bezorgd, maar laten bij alles uw wensen door gebed en smeking met dankzegging bekend worden bij God. En de vrede Gods, die alle verstand te boven gaat, zal uw harten en uw gedachten behoeden in Christus Jezus.
- Zingt Gode, psalmzingt zijn naam,
baant de weg voor Hem die door de vlakten rijdt;
Here is zijn naam, juicht dan voor zijn aangezicht.
Hij is de vader der wezen en de rechter der weduwen,
God in zijn heilige woning. - Tot de ouderdom ben Ik dezelfde en tot de grijsheid toe zal Ik u torsen; Ik heb het gedaan en Ik zal dragen, Ik zal torsen en redden.
- Want ik redde de ellendige die om hulp riep,
de wees en hem die geen helper had;
de zegenwens van wie dreigde onder te gaan, kwam op mij,
en het hart der weduwe deed ik jubelen. - En bedroeft de heilige Geest Gods niet, door wie gij verzegeld zijt tegen de dag der verlossing.
- Hij zeide:
Ik heb U hartelijk lief, Here, mijn sterkte,
o Here, mijn steenrots, mijn vesting en mijn bevrijder,
mijn God, mijn Rots, bij wie ik schuil,
mijn schild, hoorn mijns heils, mijn burcht.
Gerelateerde onderwerpen
Bescherming
Doet de wapenrusting Gods...
Vertrouwen
Vertrouw op de HERE...
Rechtvaardigheid
Wie gerechtigheid en liefde...
Veiligheid
Maar wèl getrouw is...
Wezen
Geen enkele weduwe of...
Zegen
De HERE zegene u...