Bijbelteksten over 'Dat'
- Wat is dan de sterveling dat U aan hem denkt,
het mensenkind dat U naar hem omziet? - U weet toch dat u een tempel van God bent en dat de Geest van God in uw midden woont?
- Geliefde broeder, ik hoop dat het u in alle opzichten goed gaat en dat u gezond bent. Dat het uw ziel goed gaat weet ik.
- U gelooft dat God de enige is? Daar doet u goed aan. Maar de demonen geloven dat ook, en ze sidderen.
- Maar wie het water drinkt dat Ik hem geef, zal nooit meer dorst krijgen. Het water dat Ik geef, zal in hem een bron worden waaruit water opwelt dat eeuwig leven geeft.
- En omdat we weten dat Hij naar ons luistert, wat we Hem ook vragen, weten we ook dat we alles al hebben gekregen wat we Hem gevraagd hebben.
- Het eeuwige leven, dat is dat zij U kennen, de enige ware God, en Hem die U gezonden hebt, Jezus Christus.
- Wat nu het eten van offervlees betreft: wij weten dat alle afgoden in de hele wereld niets voorstellen en dat er maar één God is.
- Niets verheugt mij meer dan te horen dat mijn kinderen de weg van de waarheid volgen.
- Behandel anderen dus steeds zoals je zou willen dat ze jullie behandelen. Dat is het hart van de Wet en de Profeten.
- De Geest zelf verzekert onze geest dat wij Gods kinderen zijn.
- Zonder geloof is het onmogelijk God vreugde te geven; wie Hem wil naderen moet immers geloven dat Hij bestaat en dat Hij beloont wie Hem zoeken.
- Leer ons zo onze dagen te tellen
dat wijsheid ons hart vervult. - Als uw mond belijdt dat Jezus de Heer is en uw hart gelooft dat God Hem uit de dood heeft opgewekt, zult u worden gered.
- De HEER heeft liever dat je eerlijk en rechtvaardig handelt
dan dat je een offer brengt. - Jullie zeggen altijd “meester” en “Heer” tegen Mij, en terecht, want dat ben Ik ook.
- Ik ben het levende brood dat uit de hemel is neergedaald; wanneer iemand dit brood eet zal hij eeuwig leven. En het brood dat Ik zal geven voor het leven van de wereld, is mijn lichaam.
- Wanneer de wereld je haat, bedenk dan dat ze Mij eerder haatte dan jullie.
- Geef ons vandaag het brood
dat wij nodig hebben. - Hoe groot is het geluk
dat U hebt weggelegd voor wie U vrezen,
dat U bereid hebt voor wie schuilen bij U,
heel de wereld zal het zien. - Het belangrijkste dat ik u heb doorgegeven, heb ik op mijn beurt ook weer ontvangen: dat Christus voor onze zonden is gestorven, zoals in de Schriften staat, dat Hij is begraven, dat Hij op de derde dag is opgewekt, zoals in de Schriften staat.
- Het is de wil van God dat u een heilig leven leidt: dat u zich onthoudt van ontucht, dat ieder van u zijn lichaam heiligt en in eerbaarheid weet te beheersen en dat u niet zoals de heidenen, die God niet kennen, toegeeft aan uw hartstocht en begeerte.
- Als iemand belijdt dat Jezus de Zoon van God is, blijft God in hem en blijft hij in God.
- Dit zeg Ik daarover: zweer helemaal niet, noch bij de hemel, want dat is de troon van God, noch bij de aarde, want dat is zijn voetenbank, noch bij Jeruzalem, want dat is de stad van de grote koning.
- Dat wij in Hem blijven en Hij in ons, weten we doordat Hij ons heeft laten delen in zijn Geest.