- Immers het schriftwoord zegt: Al wie op Hem zijn geloof bouwt, zal niet beschaamd uitkomen.
- Iemands geschenk maakt ruimte voor hem
en brengt hem in de tegenwoordigheid der groten. - Onze God is in de hemel,
Hij doet al wat Hem behaagt. - De Here verlost de ziel van zijn knechten,
allen die bij Hem schuilen, zullen niet boeten. - Hem, die geen zonde gekend heeft, heeft Hij voor ons tot zonde gemaakt, opdat wij zouden worden gerechtigheid Gods in Hem.
- Waarlijk, mijn ziel, keer u stil tot God,
want van Hem is mijn verwachting. - En nu, kinderkens, blijft in Hem, opdat wij, als Hij zal geopenbaard worden, vrijmoedigheid hebben en voor Hem niet beschaamd staan bij zijn komst.
- Zoekt de Here, terwijl Hij Zich laat vinden; roept Hem aan, terwijl Hij nabij is.
- Welzalig zij, die zijn getuigenissen bewaren,
die Hem van ganser harte zoeken. - De Here is goed, een sterkte ten dage der benauwdheid; Hij kent hen die bij Hem schuilen.
- Indien uw broeder zondigt, bestraf hem, en indien hij berouw heeft, vergeef hem. En zelfs indien hij zevenmaal per dag tegen u zondigt en zevenmaal tot u terugkomt en zegt: Ik heb berouw, zult gij het hem vergeven.
- Mijn ziel zegt: Mijn deel is de Here,
daarom zal ik op Hem hopen. - En God schiep de mens naar zijn beeld; naar Gods beeld schiep Hij hem; man en vrouw schiep Hij hen.
- Smaakt en ziet, dat de Here goed is;
welzalig de man die bij Hem schuilt. - Waarlijk, mijn ziel keert zich stil tot God,
van Hem is mijn heil. - En nadat Hij dit gesproken had, werd Hij opgenomen, terwijl zij het zagen, en een wolk onttrok Hem aan hun ogen.
- Maar zonder geloof is het onmogelijk (Hem) welgevallig te zijn. Want wie tot God komt, moet geloven, dat Hij bestaat en een beloner is voor wie Hem ernstig zoeken.
- Al wie belijdt, dat Jezus de Zoon van God is – God blijft in hem en hij in God.
- Jezus zeide tot hem: Als Gij kunt! Alle dingen zijn mogelijk voor wie gelooft.
- Want in Hem woont al de volheid der godheid lichamelijk; en gij hebt de volheid verkregen in Hem, die het hoofd is van alle overheid en macht.
- En wie zijn geboden bewaart, blijft in Hem en Hij in hem. En hieraan onderkennen wij, dat Hij in ons blijft: aan de Geest, die Hij ons gegeven heeft.
- Maar wie gedronken heeft van het water, dat Ik hem zal geven, zal geen dorst krijgen in eeuwigheid, maar het water, dat Ik hem zal geven, zal in hem worden tot een fontein van water, dat springt ten eeuwigen leven.
- Zie, wij gaan op naar Jeruzalem en de Zoon des mensen zal overgeleverd worden aan de overpriesters en schriftgeleerden en zij zullen Hem ter dood veroordelen. En zij zullen Hem overleveren aan de heidenen om Hem te bespotten en te geselen en te kruisigen, en ten derden dage zal Hij opgewekt worden.
- Toen kwam Petrus bij Hem en zeide: Here, hoeveel maal zal mijn broeder tegen mij zondigen en moet ik hem vergeven? Tot zevenmaal toe? Jezus zeide tot hem: Ik zeg u, niet tot zevenmaal toe, maar tot zeventig maal zevenmaal.
- Talrijk zijn de rampen van de rechtvaardige,
maar uit die alle redt hem de Here.
Gerelateerde onderwerpen
God
De HERE, uw God...
Jezus
Jezus zag hen aan...
Geloof
Daarom zeg Ik u...
Zonde
Of weet gij niet...
Rust
Komt tot Mij, allen...
Zoeken
Dan zult gij Mij...