Bijbelteksten over 'Mijns'
- Maar ik, ik blijf uitzien naar de HEER, ik blijf hopen op de God die mij redding zal brengen. Hij zal mij horen, mijn God.
- Al bezwijkt mijn hart en vergaat mijn lichaam,
de rots van mijn bestaan, al wat ik heb,
is God, nu en altijd. - Streef naar wijsheid, zoek naar inzicht,
wijk niet af van wat ik zeg, vergeet het niet. - Uw richtlijnen zijn mijn eeuwig bezit,
ze zijn de vreugde van mijn hart. - Wijs mij de weg van uw waarheid en onderricht mij,
want U bent de God die mij redt,
op U blijf ik hopen, elke dag weer. - De HEER is mijn licht, mijn behoud,
wie zou ik vrezen?
Bij de HEER is mijn leven veilig,
voor wie zou ik bang zijn? - In het huis van mijn Vader zijn veel kamers; zou Ik anders gezegd hebben dat Ik een plaats voor jullie gereed zal maken?
- Overdag bewijst de HEER mij zijn liefde,
’s nachts klinkt een lied in mij op,
een gebed tot de God van mijn leven. - Je blijft in mijn liefde als je je aan mijn geboden houdt, zoals Ik me ook aan de geboden van mijn Vader gehouden heb en in zijn liefde blijf.
- Niet iedereen die “Heer, Heer” tegen Mij zegt, zal het koninkrijk van de hemel binnengaan, alleen wie handelt naar de wil van mijn hemelse Vader.
- Beter één dag in uw voorhoven
dan duizend dagen daarbuiten,
liever op de drempel van Gods huis
dan wonen in de tenten der goddelozen. - Ik heb u lief, HEER, mijn sterkte,
HEER, mijn rots, mijn vesting, mijn bevrijder,
God, mijn steenrots, bij u kan ik schuilen,
mijn schild, kracht die mij redt, mijn burcht. - Ik geef ze eeuwig leven: ze zullen nooit verloren gaan en niemand zal ze uit mijn hand roven. Wat mijn Vader Mij gegeven heeft gaat alles te boven, niemand kan het uit de hand van mijn Vader roven, en de Vader en Ik zijn één.
- Bij God is mijn redding en mijn eer,
mijn machtige rots, mijn schuilplaats is God. - Hij alleen is mijn rots en mijn redding,
mijn burcht, ik zal niet wankelen. - Hij alleen is mijn rots en mijn redding,
mijn burcht, nooit zal ik wankelen. - De HEER is mijn kracht en mijn schild,
op Hem vertrouwde mijn hart,
ik werd geholpen en mijn hart jubelde,
Hem wil ik loven in mijn lied. - Want ik verlang ernaar u te ontmoeten en u te laten delen in een geestelijke gave, om u te sterken, of liever, om door elkaar bemoedigd te worden: ik door uw geloof en u door het mijne.
- Toen beleed ik U mijn zonde,
ik dekte mijn schuld niet toe,
ik zei: ‘Ik beken de HEER mijn ontrouw’ –
en U vergaf mij mijn zonde, mijn schuld. sela - U bent het die mijn lamp doet schijnen,
U, HEER, mijn God, verlicht mijn duisternis. - Laten de woorden van mijn mond U behagen,
de overpeinzingen van mijn hart U bekoren,
HEER, mijn rots, mijn bevrijder. - U bent mijn rots, mijn vesting,
U zult mijn gids zijn, mij leiden, tot eer van uw naam. - Mijn lot en mijn leven zijn in uw hand,
bevrijd mij van mijn vijanden en vervolgers. - Toen mijn mond Hem aanriep,
lag een lofzang op mijn tong. - Prijs de HEER, mijn ziel,
prijs, mijn hart, zijn heilige naam.