Help ons, God, bevrijd ons, tot eer van uw roemrijke naam, red ons en bedek onze zonden, omwille van uw naam. | Help ons, God, vanwege uw eigen eer. Alleen U kan ons redden. Vergeef ons en red ons, omdat U bent wie U bent. |
Geef ons vandaag het brood dat wij nodig hebben. | Geef ons vandaag het eten dat we nodig hebben. |
U hebt ons beproefd, o God, ons gezuiverd, gezuiverd als zilver. | U maakt ons zoals U ons hebben wil. Net zoals in de smelt-oven zilver wordt gezuiverd, zo maakt U ons zuiver door moeilijkheden heen. |
Geprezen zij de Heer, dag aan dag, deze God draagt ons en redt ons. sela | Prijs de Heer! Elke dag is onze God zo ontzettend goed voor ons! |
Leer ons zo onze dagen te tellen dat wijsheid ons hart vervult. | Leer ons zó te leven, dat wij er wijs van worden. |
Niet ons, HEER, niet ons, geef uw naam alle eer, om uw liefde, uw trouw. | Niet wij, Heer, moeten worden geprezen, maar U alleen, want U bent goed en trouw. |
Wat moeten wij hier verder over zeggen? Als God voor ons is, wie kan dan tegen ons zijn? | Wat moeten we dan nog zeggen? Als God vóór ons is, wie kan ons dan nog kwaad doen? |
Moge de HEER, onze God, ons bijstaan, zoals Hij onze voorouders heeft bijgestaan. Moge Hij zich om ons blijven bekommeren en ons niet in de steek laten. | Ik bid dat onze Heer God met ons zal zijn, zoals Hij met onze voorouders is geweest, en dat Hij ons niet in de steek zal laten. |
Hij heeft zichzelf voor ons gegeven om ons van alle zonde vrij te kopen, ons te reinigen en ons tot zijn volk te maken, dat zich volledig inzet om het goede te doen. | Hij heeft zijn leven voor ons gegeven om ons te bevrijden van het kwaad. Zo heeft Hij van ons een zuiver volk gemaakt. En dat volk is zijn eigendom. Het is de bedoeling dat dat volk zijn best doet om het goede te doen. |
Vergeef ons onze schulden, zoals ook wij vergeven wie ons iets schuldig is. | Vergeef ons wat we verkeerd doen, net zoals wij ook de mensen vergeven die verkeerd tegen óns doen. |
Dat wij in Hem blijven en Hij in ons, weten we doordat Hij ons heeft laten delen in zijn Geest. | We weten dat we één met Hem zijn en dat Hij één met ons is, doordat Hij ons van zijn Geest heeft gegeven. |
Daarop zei Filippus: ‘Laat ons de Vader zien, Heer, meer verlangen we niet.’ | Filippus zei tegen Hem: "Heer, laat ons de Vader zien. Dan zijn we tevreden." |
Daarom gebood de HEER, onze God, ons al deze wetten na te komen en ontzag voor Hem te tonen. Dan zou het ons goed gaan en zou Hij ons leven sparen, zoals Hij tot nu toe heeft gedaan. | De Heer beval ons om ons aan al deze wetten en leefregels te houden. We moeten diep ontzag voor Hem hebben. Dan zal het voor altijd goed met ons gaan. En Hij zal ervoor zorgen dat we in leven blijven, zoals we vandaag ook in leven zijn. |
Schenk ons uw trouw, HEER, op U is al onze hoop gevestigd. | Heer, wees alstublieft goed voor ons, want we vertrouwen op U. |
Wij hebben lief omdat God ons het eerst heeft liefgehad. | Wij houden van God omdat Hij eerst van óns hield. |
Geliefde broeders en zusters, als ons hart ons niet aanklaagt, kunnen we ons vol vertrouwen tot God wenden en ontvangen we van Hem wat we maar vragen, omdat we ons aan zijn geboden houden en doen wat Hij wil. | Lieve broeders en zusters, als ons geweten ons niet veroordeelt, kunnen we vol vertrouwen en zonder vrees naar God toe gaan. Dan ontvangen we alles wat we van Hem bidden, omdat we Hem in alles gehoorzaam zijn en doen wat Hij van ons vraagt. |
Niemand heeft God ooit gezien. Maar als we elkaar liefhebben, blijft God in ons en is zijn liefde in ons tot volmaaktheid gekomen. | Niemand heeft ooit God gezien. Maar als we van elkaar houden, woont God in ons en zijn we helemaal vol van zijn liefde. |
Wat liefde is, hebben we geleerd van Hem die zijn leven voor ons gegeven heeft. Daarom horen ook wij ons leven te geven voor onze broeders en zusters. | Jezus heeft ons laten zien wat werkelijke liefde is: Hij heeft zijn leven voor ons gegeven. Ook wij moeten ons leven voor onze broeders en zusters over hebben. |
Laat ons uw genade zien, Heer, onze God. Bevestig het werk van onze handen, het werk van onze handen, bevestig dat. | Laat ons alstublieft zien dat U van ons houdt, onze Heer God. Zegen alles wat we doen. Als U het zegent, zal het goed zijn. |
Deze hoop zal niet worden beschaamd, omdat Gods liefde in ons hart is uitgegoten door de heilige Geest, die ons gegeven is. | En als we op God vertrouwen, zal Hij ons nooit teleurstellen. Want God heeft zijn liefde in ons hart uitgestort door ons zijn Heilige Geest te geven. |
HEER, God van de hemelse machten, keer ons lot ten goede, toon uw lichtend gelaat en wij zijn gered. | Heer, God van de hemelse legers, zorg er alstublieft voor dat het weer goed met ons gaat. Wees weer goed voor ons, dan worden we gered. |
Zal Hij, die zijn eigen Zoon niet heeft gespaard, maar Hem omwille van ons allen heeft prijsgegeven, ons dan met Hem ook niet alles schenken? | God heeft zelfs zijn eigen Zoon aan ons gegeven. Dan zal Hij ons toch zeker ook al het andere geven dat we nodig hebben? |
Moge God, die ons doet volharden en ons troost geeft, u de eensgezindheid geven die Christus Jezus van ons vraagt. | God geeft ons de kracht om niet op te geven. En Hij moedigt ons aan. En Hij wil ervoor zorgen dat jullie één zijn met elkaar en dat jullie Hem met je hele hart zullen dienen, net als Jezus Christus. |
En breng ons niet in beproeving, maar red ons van het kwaad. Want aan U behoort het koningschap, de macht en de majesteit, in eeuwigheid. Amen. | En stel ons niet op de proef, maar red ons van het kwaad. Want van U is het Koninkrijk en alle kracht en alle macht en alle hemelse majesteit, tot in eeuwigheid. Amen. Zo is het! |
Moge God ons zegenen opdat de einden der aarde ontzag hebben voor Hem. | U zal goed voor ons zijn. Daardoor zullen alle mensen op aarde diep ontzag voor U hebben. |