Bijbelteksten over 'Delen'
Want ik verlang u te zien om u enige geestelijke gave mede te delen tot uw versterking, dat is te zeggen: onder u mede bemoedigd te worden door elkanders geloof, van u zowel als van mij. | Ik wil jullie graag ontmoeten. Ik wil jullie iets doorgeven van de bijzondere krachten die ik van God gekregen heb. Daarmee wil ik jullie geloof sterker maken. Ik bedoel natuurlijk dat we dan elkaars geloof sterker zullen maken. En dat we elkaar dan tot steun kunnen zijn. |
Want gelijk het lichaam één is en vele leden heeft, en al de leden van het lichaam, hoe vele ook, één lichaam vormen, zo ook Christus. | Het menselijk lichaam is één geheel, maar het bestaat uit veel delen. En al die verschillende delen vormen samen dat ene lichaam. Net zo vormen wij samen één lichaam, want we horen allemaal bij Christus. |
Hij antwoordde en zeide: Wie een dubbel stel klederen heeft, dele mede aan wie er geen heeft, en wie spijzen heeft, doe evenzo. | Hij antwoordde: ‘Stel dat je twee hemden hebt. Geef er dan één aan iemand die helemaal geen hemd heeft. En deel je eten met mensen die honger hebben.’ |
Want, gelijk wij in één lichaam vele leden hebben, en de leden niet alle dezelfde werkzaamheden hebben, zo zijn wij, hoewel velen, één lichaam in Christus, maar ieder afzonderlijk leden ten opzichte van elkander. | Het lichaam is één geheel, maar het bestaat uit veel delen. En al die delen hebben een eigen functie. Net zo vormen wij samen één lichaam, want we horen allemaal bij Christus. Maar we hebben wel allemaal onze eigen functie. |
Want gelijk het lijden van Christus overvloedig over ons komt, zo valt ons door Christus ook overvloedig vertroosting ten deel. | Ik moet veel lijden omdat ik bij Christus hoor. Maar dankzij Christus krijg ik ook veel steun van God. |
Hieraan onderkennen wij, dat wij in Hem blijven en Hij in ons, dat Hij ons van zijn Geest gegeven heeft. | Wij horen voor altijd bij God, en God blijft voor altijd in ons. Dat weten we doordat hij de heilige Geest aan ons gegeven heeft. |
De begerigheid begeert de ganse dag, maar de rechtvaardige geeft en houdt niet terug. | Veel mensen willen steeds meer hebben, maar goede mensen geven alles weg. |
Want indien wij samengegroeid zijn met hetgeen gelijk is aan zijn dood, zullen wij het ook zijn (met hetgeen gelijk is) aan zijn opstanding; dit weten wij immers, dat onze oude mens medegekruisigd is, opdat aan het lichaam der zonde zijn kracht zou ontnomen worden en wij niet langer slaven der zonde zouden zijn. | Dus eigenlijk zijn we gestorven, net als Christus. Maar dan zullen we ook opstaan en eeuwig leven, net als Christus. Dit is zeker: ons oude ik is samen met Christus aan het kruis gestorven. Alleen zo kon er een eind komen aan ons zondige bestaan. Nu wordt ons leven niet meer beheerst door de zonde. |
Keert u tot mijn vermaning! Zie, ik wil mijn geest voor u uitstorten, u mijn woorden bekendmaken. | Luister goed en doe wat ik jullie zeg. Dan zal ik jullie leren wat wijsheid is, dan zal ik mijn kennis aan jullie doorgeven. |
Mijn God zal in al uw behoeften naar zijn rijkdom heerlijk voorzien, in Christus Jezus. | Mijn God zal jullie alles geven wat jullie nodig hebben. Hij zal zijn hemelse rijkdom met jullie delen, dankzij Jezus Christus. |
(Dit alles) om Hem te kennen en de kracht zijner opstanding en de gemeenschap aan zijn lijden, of ik, aan zijn dood gelijkvormig wordende. | Ik wil Christus van dichtbij kennen. Ik wil sterven, net als hij, en zo één met hem worden in het lijden. Ik hoop dat ik dan ook de kracht zal voelen waarmee God Christus uit de dood liet opstaan. Ja, ik hoop dat God ook mij uit de dood zal laten opstaan. |
Toen nam Hij de vijf broden en de twee vissen, en Hij zag op naar de hemel, sprak de zegen uit en brak ze, en Hij gaf ze aan de discipelen om ze aan de schare voor te zetten. En zij aten en werden allen verzadigd en het overschot werd door hen opgeraapt: twaalf manden met brokken. | Toen nam Jezus het brood en de vis. Hij keek omhoog naar de hemel en dankte God voor het voedsel. Daarna brak hij het brood en de vis in stukken. Hij gaf het aan de leerlingen, en zij deelden het uit aan de mensen. Alle mensen konden eten zo veel als ze wilden. Het eten dat overbleef, werd verzameld. Het waren twaalf manden vol. |
Daartoe heeft Hij u ook door ons evangelie geroepen tot het verkrijgen van de heerlijkheid van onze Here Jezus Christus. | God heeft jullie uitgekozen om gered te worden. Daarom stuurde hij mij om het goede nieuws te vertellen. Jullie geloven in het goede nieuws. En daarom zullen ook jullie voor eeuwig leven, samen met onze Heer Jezus Christus. |
En zij bleven volharden bij het onderwijs der apostelen en de gemeenschap, het breken van het brood en de gebeden. | Alle gelovigen gingen met elkaar om als mensen van één familie. Ze kregen van de apostelen uitleg over Jezus. En ze kwamen steeds bij elkaar om te bidden en om met elkaar het brood te delen. |
Vormt geen ongelijk span met ongelovigen, want wat heeft gerechtigheid gemeen met wetteloosheid, of welke gemeenschap heeft het licht met de duisternis? | Jullie mogen je leven niet delen met ongelovigen, want jullie passen niet bij hen. Het doen van Gods wil heeft niets te maken met het doen van slechte dingen. Net zoals licht niets te maken heeft met donker. |
Zijn goddelijke kracht immers heeft ons met alles, wat tot leven en godsvrucht strekt, begiftigd door de kennis van Hem, die ons geroepen heeft door zijn heerlijkheid en macht. | De machtige God heeft aan jullie en mij alles gegeven wat nodig is om te leven zoals hij het wil. Hij heeft ons uitgekozen om bij hem te horen, en hij heeft ervoor gezorgd dat wij hem kennen. Daardoor weten we hoe machtig en hoe volmaakt hij is. |
Want wij wandelen in geloof, niet in aanschouwen. | Bij ons leven op aarde gaat het om geloof. Want we kunnen de Heer nog niet zien. |
Aanvaardt de zwakke in het geloof, maar niet om overwegingen te beoordelen. | De meesten van jullie geloven dat christenen alles mogen eten. Maar sommigen hebben niet zo’n sterk geloof. Zij geloven dat christenen geen onrein vlees mogen eten. Zorg ervoor dat ook die mensen welkom zijn als jullie bij elkaar komen. Maak geen ruzie over dat soort verschillen. |
Dan zal ik wandelen op ruime baan, want ik zoek uw bevelen. | Als ik blijf denken aan uw woorden, zal mijn leven niet moeilijk zijn. |
Leugenlippen zijn de Here een gruwel, maar wie trouw handelen, zijn Hem welgevallig. | De Heer vindt het afschuwelijk als mensen liegen, maar hij houdt van eerlijke mensen. |
Hij bewaart hulp voor de oprechten, Hij is een schild voor wie onberispelijk wandelen. | De Heer geeft geluk aan eerlijke mensen, aan mensen die hem trouw zijn. Hij beschermt hen. |
Groter blijdschap ken ik niet, dan dat ik hoor, dat mijn kinderen in de waarheid wandelen. | Als ik hoor dat mijn leerlingen volgens Gods waarheid leven, geeft mij dat veel vreugde. Niets geeft mij meer vreugde dan dat! |
En onderhoud de geboden van de Here, uw God, door in zijn wegen te wandelen en Hem te vrezen. | Houd je daarom aan zijn regels. Leef zoals hij het wil en heb eerbied voor hem. |
Het huwelijk zij in ere bij allen en het bed onbezoedeld, want hoereerders en echtbrekers zal God oordelen. | Slaap alleen met de man of vrouw met wie je getrouwd bent. Wie verboden seks heeft of vreemdgaat, zal door God gestraft worden. |
Maar tot u, die Mij hoort, zeg ik: Hebt uw vijanden lief, doet wel degenen, die u haten; zegent wie u vervloeken; bidt voor wie u smadelijk behandelen. | Jezus zei tegen de mensen die naar hem luisterden: ‘Je moet van je vijanden houden. Wees goed voor de mensen die je haten. Spreek met respect over de mensen die je uitschelden. Bid voor de mensen die je slecht behandelen.’ |
Gerelateerde onderwerpen
Jezus
Jezus zag hen aan...
Gemeenschap
En laten wij op...
Geloof
Daarom zeg Ik u...
Kerk
En laten wij op...
Zegen
De HERE zegene u...
Bidden
Verblijdt u te allen...
Bijbeltekst van de dag
Jezus antwoordde en zeide tot hem: Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u, tenzij iemand wederom geboren wordt, kan hij het Koninkrijk Gods niet zien.Willekeurige Bijbeltekst
Wat buigt gij u neder, o mijn ziel,en wat zijt gij onrustig in mij?
Hoop op God, want ik zal Hem nog loven,
mijn Verlosser en mijn God!Volgende tekst!Met afbeelding