DailyVerses.netThema'sWillekeurige tekstInschrijven

Bijbelteksten over 'Denken'

  • Want het denken van het vlees is de dood, maar het denken van de Geest is leven en vrede.
  • Want door de genade die mij gegeven is, zeg ik ieder onder u niet hoger te denken dan hij moet denken, maar laat hij denken in bescheidenheid, naar de mate van geloof zoals God die aan ieder heeft toebedeeld.
  • Want Ik zal wat hun ongerechtigheden betreft genadig zijn en aan hun zonden en hun wetteloos gedrag beslist niet meer denken.
  • Als u bidt, gebruik dan geen omhaal van woorden zoals de heidenen, want zij denken dat zij door de veelheid van hun woorden verhoord zullen worden.
  • Weest ook u daarom bereid, want op een uur waarop u het niet zou denken, zal de Zoon des mensen komen.
  • En Hij Die de harten doorzoekt, weet wat het denken van de Geest is, omdat Hij naar de wil van God voor de heiligen pleit.
  • Hem nu Die bij machte is te doen ver boven alles wat wij bidden of denken, overeenkomstig de kracht die in ons werkzaam is, Hem zij de heerlijkheid in de gemeente, door Christus Jezus, in alle geslachten, tot in alle eeuwigheid. Amen.
  • Maar ik roep u ertoe op, broeders, door de Naam van onze Heere Jezus Christus, dat u allen eensgezind bent in uw spreken, en dat er onder u geen scheuringen zijn, maar dat u hecht aaneengesmeed bent, één van denken en één van gevoelen.
  • Maar de goedertierenheid van de HEERE
    is van eeuwigheid en tot eeuwigheid over wie Hem vrezen.
    Zijn gerechtigheid is voor de kinderen van hun kinderen,
    voor wie Zijn verbond in acht nemen
    en aan Zijn bevelen denken om ze te doen.
  • Zou Ik werkelijk behagen scheppen in de dood van de goddeloze? spreekt de Heere HEERE. Is het niet, wanneer hij zich bekeert van zijn wegen, dat hij zal leven?
  • De herinnering aan de rechtvaardige is tot zegen,
    maar de naam van goddelozen zal wegteren.
  • Omdat het vonnis over een slechte daad niet snel geveld wordt, daarom blijft het hart van de mensenkinderen in hen vervuld van kwaaddoen.
  • Het bezit van een rijke is zijn sterke stad,
    als een hoge muur, in zijn verbeelding.
  • Een dwaas laat heel zijn geest de vrije loop,
    maar een wijze houdt die in toom.
  • Overmoed geeft alleen maar ruzie,
    maar bij wie zich raad laten geven, is wijsheid.
  • De Heere vertraagt de belofte niet (zoals sommigen dat als traagheid beschouwen), maar Hij heeft geduld met ons en wil niet dat enigen verloren gaan, maar dat allen tot bekering komen.
  • En word niet aan deze wereld gelijkvormig, maar word veranderd door de vernieuwing van uw gezindheid om te kunnen onderscheiden wat de goede, welbehaaglijke en volmaakte wil van God is.
  • Het hart van een mens overdenkt zijn weg,
    maar de HEERE bestuurt zijn voetstappen.
  • Denk niet dat Ik gekomen ben om vrede te brengen op de aarde; Ik ben niet gekomen om vrede te brengen, maar het zwaard.
  • Of denkt u dat Ik Mijn Vader nu niet kan bidden, en Hij zal Mij meer dan twaalf legioenen engelen ter beschikking stellen?
  • Het aangezicht van de HEERE is tegen hen die kwaad doen:
    Hij zal hun nagedachtenis van de aarde uitroeien.
  • Zij hebben de waarheid van God vervangen door de leugen, en het schepsel vereerd en gediend boven de Schepper, Die te prijzen is tot in eeuwigheid. Amen. Daarom heeft God hen overgegeven aan schandelijke hartstochten, want ook hun vrouwen hebben de natuurlijke omgang vervangen door de tegennatuurlijke. En evenzo hebben ook de mannen de natuurlijke omgang met de vrouw opgegeven, en zijn in wellust voor elkaar ontbrand: mannen doen schandelijke dingen met mannen en ontvangen het gepaste loon voor hun dwaling in zichzelf. En omdat het hun niet goeddacht God te erkennen, heeft God hen overgegeven aan verwerpelijk denken, om dingen te doen die niet passen.
  • Ik zal wandelen op ruime baan,
    omdat ik Uw bevelen gezocht heb.
  • Laat niemand zijn eigen voordeel zoeken, maar ieder dat van de ander.
  • Laat niemand zichzelf bedriegen. Als iemand onder u denkt dat hij wijs is in deze wereld, laat hij dwaas worden, opdat hij wijs zal worden.
  • Er is één Wetgever, namelijk Hij Die kan zalig maken én te gronde richten. Maar wie bent u, die over de ander oordeelt?
  • Er is soms een weg die iemand recht schijnt,
    maar het einde ervan zijn wegen van de dood.
  • Al zijn wegen zijn iemand recht in zijn eigen ogen,
    maar de HEERE toetst de harten.
  • Welzalig wie Zijn getuigenissen in acht nemen,
    die Hem met heel hun hart zoeken.
  • U bent van Christus losgeraakt, u die door de wet gerechtvaardigd wilt worden; en daarmee bent u uit de genade gevallen.
  • Hij zal Zich weer over ons ontfermen,
    Hij zal onze ongerechtigheden vertrappen,
    ja, U zult al hun zonden werpen in de diepten van de zee.
  • Maar als het in uw ogen kwalijk is de HEERE te dienen, kies voor u heden wie u zult dienen: óf de goden die uw vaderen, die aan de overzijde van de rivier woonden, gediend hebben, óf de goden van de Amorieten, van wie u het land bewoont. Maar wat mij en mijn huis betreft, wij zullen de HEERE dienen!
  • Maar laat de broeder die nederig is, zich beroemen op zijn hoge staat, en de rijke in zijn nederige staat, want hij zal als een bloem in het gras voorbijgaan.
  • De HEERE zegene u
    en behoede u!
    De HEERE doe Zijn aangezicht over u lichten
    en zij u genadig!
    De HEERE verheffe Zijn aangezicht over u
    en geve u vrede!
  • Broeders, ook als iemand onverhoeds tot enige overtreding komt, moet u die geestelijk bent, zo iemand weer terechtbrengen, in een geest van zachtmoedigheid. Houd intussen uzelf in het oog, opdat ook u niet in verzoeking komt.
  • Hij zei tegen allen: Als iemand achter Mij wil komen, moet hij zichzelf verloochenen, zijn kruis dagelijks opnemen en Mij volgen.
  • Die zal voor u aan de kwastjes zitten, opdat u, wanneer u hem ziet, aan al de geboden van de HEERE denkt en die doet, zodat u niet uw eigen hart en uw eigen ogen zult onderzoeken, waar u als in hoererij achteraan gaat.
  • En Hij nam brood en nadat Hij gedankt had, brak Hij het en gaf het aan hen met de woorden: Dit is Mijn lichaam, dat voor u gegeven wordt. Doe dat tot Mijn gedachtenis.
  • En toen Hij de menigte met Zijn discipelen bij Zich geroepen had, zei Hij tegen hen: Laat wie achter Mij aan wil komen zichzelf verloochenen, zijn kruis opnemen en Mij volgen.
  • Wat dus het eten van afgodenoffers betreft: wij weten dat een afgod niets is in de wereld en dat er geen andere God is dan Eén.
  • Laten wij dan niet, evenals de anderen, slapen, maar laten wij waakzaam en nuchter zijn.
  • Arglistig is het hart, boven alles,
    ja, ongeneeslijk is het, wie zal het kennen?
    Ik, de HEERE, doorgrond het hart,
    beproef de nieren,
    en dat om ieder te geven overeenkomstig zijn wegen,
    overeenkomstig de vrucht van zijn daden.
  • De liefde is geduldig,
    zij is vriendelijk,
    de liefde is niet jaloers,
    de liefde pronkt niet,
    zij doet niet gewichtig,
    zij handelt niet ongepast,
    zij zoekt niet haar eigen belang,
    zij wordt niet verbitterd,
    zij denkt geen kwaad.
  • Kan een vrouw haar zuigeling vergeten,
    zich niet ontfermen over het kind van haar schoot?
    Zelfs al zouden die het vergeten,
    Ík zal u niet vergeten.
    Zie, Ik heb u in beide handpalmen gegraveerd,
    uw muren zijn steeds vóór Mij.
  • Wanneer u dan in uw hart zegt: Hoe kunnen wij het woord herkennen dat de HEERE niet gesproken heeft? Wanneer die profeet in de Naam van de HEERE spreekt, en het gebeurt niet en het komt niet uit, dan is dat een woord dat de HEERE niet gesproken heeft. In overmoed heeft die profeet dat gesproken; wees niet bevreesd voor hem.
  • Terwijl wij het oog gericht houden op Jezus, de Leidsman en Voleinder van het geloof. Hij heeft om de vreugde die Hem in het vooruitzicht was gesteld, het kruis verdragen en de schande veracht en zit nu aan de rechterhand van de troon van God.
  • Het is bekend wat de werken van het vlees zijn, namelijk overspel, hoererij, onreinheid, losbandigheid, afgoderij, toverij, vijandschappen, ruzie, afgunst, woede-uitbarstingen, egoïsme, onenigheid, afwijkingen in de leer, jaloersheid, moord, dronkenschap, zwelgpartijen, en dergelijke; waarvan ik u voorzeg, zoals ik ook al eerder gezegd heb, dat wie zulke dingen doen, het Koninkrijk van God niet zullen beërven.