Bijbelteksten over 'Zijn'
- Daarom zal een man zijn vader en zijn moeder verlaten en zijn vrouw aanhangen, en die twee zullen tot één vlees zijn.
- Gij zult niet begeren uws naasten huis; gij zult niet begeren uws naasten vrouw, noch zijn dienstknecht, noch zijn dienstmaagd, noch zijn rund, noch zijn ezel, noch iets dat van uw naaste is.
- Of weet gij niet, dat wij allen, die in Christus Jezus gedoopt zijn, in zijn dood gedoopt zijn?
- De Here zal zijn volk sterkte verlenen,
de Here zal zijn volk zegenen met vrede. - Vraagt naar de Here en zijn sterkte,
zoekt zijn aangezicht bestendig. - De kroon der ouden zijn kindskinderen
en de eer der kinderen zijn hun ouders. - Wie zijn mond in toom houdt, bewaart zijn leven;
wie zijn lippen openspert, hem wacht het verderf. - O diepte van rijkdom, van wijsheid en van kennis Gods, hoe ondoorgrondelijk zijn zijn beschikkingen en hoe onnaspeurlijk zijn wegen!
- Vraagt naar de Here en zijn sterkte,
zoekt zijn aangezicht bestendig. - Met zijn vlerken beschermt Hij u,
en onder zijn vleugelen vindt gij een toevlucht;
zijn trouw is schild en pantser. - Het zijn de gunstbewijzen des Heren, dat wij niet omgekomen zijn,
want zijn barmhartigheden houden niet op,
elke morgen zijn zij nieuw,
groot is uw trouw! - Zo is het onder u niet. Maar wie onder u groot wil worden, zal uw dienaar zijn, en wie onder u de eerste wil zijn, zal uw slaaf zijn.
- Want, waar uw schat is, daar zal ook uw hart zijn.
- Looft de Here, roept zijn naam aan,
maakt onder de volken zijn daden bekend. - Ik ben de goede herder. De goede herder zet zijn leven in voor zijn schapen.
- De Here is rechtvaardig in al zijn wegen,
goedertieren in al zijn werken. - Leugenlippen zijn de Here een gruwel,
maar wie trouw handelen, zijn Hem welgevallig. - Naar zijn raadsbesluit heeft Hij ons voortgebracht door het woord der waarheid, om in zekere zin eerstelingen te zijn onder zijn schepselen.
- Niemand heeft grotere liefde, dan dat hij zijn leven inzet voor zijn vrienden.
- En ik hoorde een luide stem van de troon zeggen: Zie, de tent van God is bij de mensen en Hij zal bij hen wonen, en zij zullen zijn volken zijn en God zelf zal bij hen zijn, en Hij zal alle tranen van hun ogen afwissen, en de dood zal niet meer zijn, noch rouw, noch geklaag, noch moeite zal er meer zijn, want de eerste dingen zijn voorbijgegaan.
- De ogen des Heren zijn op de rechtvaardigen,
en zijn oren tot hun hulpgeroep. - Het bezit van de rijke is zijn sterke stad,
en als een hoge muur – in zijn verbeelding. - Zingt Gode, psalmzingt zijn naam,
baant de weg voor Hem die door de vlakten rijdt;
Here is zijn naam, juicht dan voor zijn aangezicht.
Hij is de vader der wezen en de rechter der weduwen,
God in zijn heilige woning. - Bedenkt de dingen, die boven zijn, niet die op de aarde zijn.
- Een wijs zoon verheugt zijn vader,
maar een dwaas zoon is een bekommering voor zijn moeder.
Gerelateerde onderwerpen
Betrouwbaarheid
Maar wèl getrouw is...
Materialisme
Want wij hebben niets...
God
De HERE, uw God...
Spreken
Dood en leven zijn...
Wijsheid
Want de HERE geeft...
Leven
De HERE zal u...