Bijbelteksten over 'Zonder'
- Want allen, die zonder wet gezondigd hebben, zullen ook zonder wet verloren gaan; en allen, die onder de wet gezondigd hebben, zullen door de wet geoordeeld worden.
- Alle dingen zijn door het Woord geworden en zonder dit is geen ding geworden, dat geworden is.
- Ik ben de wijnstok, gij zijt de ranken. Wie in Mij blijft, gelijk Ik in hem, die draagt veel vrucht, want zonder Mij kunt gij niets doen.
- Jaagt naar vrede met allen en naar de heiliging, zonder welke niemand de Here zal zien.
- Laat de broederlijke liefde blijven.
Vergeet de herbergzaamheid niet, want daardoor hebben sommigen, zonder het te weten, engelen geherbergd. - Of zal iemand op gloeiende kolen lopen,
zonder dat zijn voeten verbranden? - En nagenoeg alles wordt volgens de wet met bloed gereinigd, en zonder bloedstorting geschiedt er geen vergeving.
- O God, Gij zijt mijn God, U zoek ik,
mijn ziel dorst naar U,
mijn vlees smacht naar U,
in een dor en dorstig land, zonder water. - Alles is schoon aan u, mijn liefste,
zonder enig gebrek zijt gij. - Indien echter iemand van u in wijsheid te kort schiet, dan bidde hij God daarom, die aan allen geeft, eenvoudigweg en zonder verwijt; en zij zal hem gegeven worden.
- Verblijdt u te allen tijde, bidt zonder ophouden, dankt onder alles, want dat is de wil Gods in Christus Jezus ten opzichte van u.
- Maar zonder geloof is het onmogelijk (Hem) welgevallig te zijn. Want wie tot God komt, moet geloven, dat Hij bestaat en een beloner is voor wie Hem ernstig zoeken.
- Hem hebt gij lief, zonder Hem gezien te hebben; in Hem gelooft gij, zonder Hem thans te zien, en gij verheugt u met een onuitsprekelijke en verheerlijkte vreugde, daar gij het einddoel des geloofs bereikt, dat is de zaligheid der zielen.
- Want niemand op aarde is zo rechtvaardig, dat hij goed doet zonder te zondigen.
- Doet alles zonder morren of bedenkingen, opdat gij onberispelijk en onbesmet moogt zijn, onbesproken kinderen Gods te midden van een ontaard en verkeerd geslacht, waaronder gij schijnt als lichtende sterren in de wereld, het woord des levens vasthoudende.
- Want wij hebben geen hogepriester, die niet kan medevoelen met onze zwakheden, maar een, die in alle dingen op gelijke wijze (als wij) is verzocht geweest, doch zonder te zondigen.
- Een stad met omvergehaalde muren,
zo is iemand die zijn geest niet in bedwang heeft. - Zo zal ook Christus, nadat Hij Zich éénmaal geofferd heeft om veler zonden op Zich te nemen, ten tweeden male zonder zonde aanschouwd worden door hen, die Hem tot hun heil verwachten.
- Alles heeft Hij voortreffelijk gemaakt op zijn tijd; ook heeft Hij de eeuw in hun hart gelegd, zonder dat de mens van het werk dat God doet, van het begin tot het einde, iets kan ontdekken.
- Want Hij weet, hoe mijn wandel is;
toetste Hij mij, ik kwam als goud te voorschijn.
Mijn voet bleef vast in zijn spoor,
ik hield zijn weg zonder af te buigen. - Indien iemand zondigt en doet één van de dingen die de Here verboden heeft, zonder dat hij het weet, dan is hij toch schuldig en draagt zijn ongerechtigheid.
- De slaven moeten hun meesters onderdanig zijn in alles, het hun naar de zin maken zonder tegenspraak, of oneerlijkheid, maar alle goede trouw bewijzen, om de leer van God, onze Heiland, in alles tot sieraad te strekken.
- Want, indien zij vallen, dan richt de een de ander weer op; maar wee de éne, die valt zonder dat een metgezel hem opricht!
- En zonder ophouden, iedere dag, leerden zij in de tempel en aan huis, en verkondigden het evangelie, dat de Christus Jezus is.
- De Rots, wiens werk volkomen is,
omdat al zijn wegen recht zijn;
een God van trouw, zonder onrecht,
rechtvaardig en waarachtig is Hij. - Beter een weinig met gerechtigheid,
dan grote inkomsten met onrecht. - Zonder zelfzucht of ijdel eerbejag; doch in ootmoedigheid achte de een de ander uitnemender dan zichzelf; en ieder lette niet slechts op zijn eigen belang.
- Laten wij de belijdenis van hetgeen wij hopen onwankelbaar vasthouden, want Hij, die beloofd heeft, is getrouw.
- En terwijl zij vastten bij de dienst des Heren, zeide de heilige Geest: Zondert Mij nu Barnabas en Saulus af voor het werk, waartoe Ik hen geroepen heb.
- Worden niet twee mussen te koop aangeboden voor een duit? En niet één daarvan zal ter aarde vallen zonder uw Vader. En de haren van uw hoofd zijn ook alle geteld. Weest dan niet bevreesd: gij gaat vele mussen te boven.
- Laten wij daarom het eerste onderwijs aangaande Christus laten rusten en ons richten op het volkomene, zonder opnieuw het fundament te leggen van bekering van dode werken en van geloof in God, van een leer van dopen en van oplegging der handen, van opstanding der doden en van een eeuwig oordeel.
- Voorzeker, de Here Here doet geen ding, of Hij openbaart zijn raad aan zijn knechten, de profeten.
- Dat zal u dan tot een gedenkkwast zijn; als gij daarnaar ziet, dan zult gij al de geboden des Heren gedenken en die volbrengen zonder uw hart of uw ogen te volgen, dat gij u daardoor tot overspel zoudt laten verleiden.
- Want wij wandelen in geloof, niet in aanschouwen.
- En ieder doe, naardat hij zich in zijn hart heeft voorgenomen, niet met tegenzin of gedwongen, want God heeft de blijmoedige gever lief.
- Alzo zal mijn woord, dat uit mijn mond uitgaat, ook zijn; het zal niet ledig tot Mij wederkeren, maar het zal doen wat Mij behaagt en dat volbrengen, waartoe Ik het zend.
- Richt de geringe en de wees,
doet recht de ellendige en de behoeftige. - Als een getuige, die hulp van God heeft ontvangen tot op deze dag, sta ik dus hier voor klein en groot, zonder iets anders te zeggen dan wat de profeten en Mozes gesproken hebben, dat geschieden zou, namelijk, dat de Christus zou lijden, en dat Hij als eerste uit de opstanding der doden het licht zou aankondigen en aan het volk en aan de heidenen.
- Maar hij moet bidden in geloof, in geen enkel opzicht twijfelende, want wie twijfelt, gelijkt op een golf der zee, die door de wind aangedreven en opgejaagd wordt.
- Laat uw wijze van doen onbaatzuchtig zijn, weest tevreden met wat gij hebt. Want Hij heeft gezegd: Ik zal u geenszins begeven, Ik zal u geenszins verlaten.
- Dit moogt gij eten van al wat in het water leeft: al wat vinnen en schubben heeft, moogt gij eten, maar gij zult niets eten dat geen vinnen of schubben heeft; onrein zal dat voor u zijn.
- En terwijl zij baden, werd de plaats, waar zij vergaderd waren, bewogen; en zij werden allen vervuld met de heilige Geest en spraken het woord Gods met vrijmoedigheid.
- Maar wie de Here verwachten, putten nieuwe kracht; zij varen op met vleugelen als arenden; zij lopen, maar worden niet moede; zij wandelen, maar worden niet mat.
- Aanvaardt de zwakke in het geloof, maar niet om overwegingen te beoordelen.
- Gij zult de naam van de Here, uw God, niet ijdel gebruiken, want de Here zal niet onschuldig houden wie zijn naam ijdel gebruikt.
- Waarheen zou ik gaan voor uw Geest,
waarheen vlieden voor uw aangezicht?
Steeg ik ten hemel – Gij zijt daar,
of maakte ik het dodenrijk tot mijn sponde – Gij zijt er. - Thans is echter buiten de wet om gerechtigheid Gods openbaar geworden, waarvan de wet en de profeten getuigen, en wel gerechtigheid Gods door het geloof in Jezus Christus, voor allen, die geloven; want er is geen onderscheid.
- Voorspoedig is de man die zich ontfermt en uitleent,
die zijn zaken recht behartigt. - Beter is een weinig in de vreze des Heren,
dan een grote schat en onrust daarbij. - De Here behoedt de vreemdelingen,
wees en weduwe houdt Hij staande,
maar de weg der goddelozen maakt Hij krom.
Gerelateerde onderwerpen
Zonde
Of weet gij niet...
Leven
De HERE zal u...
Wet
Wat ik u heden...
Heiligheid
Daar wij nu deze...
Vreugde
Verblijdt u te allen...
Rechtvaardigheid
Wie gerechtigheid en liefde...